302
5-1. MOBILITEIT
Krikpunten
De krikpunten bevinden zich op de
aangegeven posities.
Opkrikken van de auto
WAARSCHUWING
Uw handen of vingers kunnen
bekneld raken tijdens het gebruik van
de krik. Er bestaat een kans op letsel.
Houd uw handen tijdens het gebruik
van de krik in de aangegeven positie
en verander ze niet van positie.
1
Houd de krik met één hand vast,
pijl 1, en pak met de andere
hand de hendel van de krik vast,
pijl 2.
2
Steek de krik in de rechthoekige
uitsparing van het krikpunt dat
zich het dichtste bij het te ver-
wisselen wiel bevindt.
3
Draai de hendel van de krik
rechtsom om de krik uit te
draaien.
4
Laat de krik los zodra de krik
wordt belast en blijf met de
andere hand de hendel van de
krik rechtsom draaien.
5
Controleer of de voet van de krik
van de auto zich recht onder het
krikpunt bevindt en of de krik
onder een rechte hoek staat.
6
Controleer of de voet van de krik
zich recht onder het krikpunt
bevindt en of de krik onder een
rechte hoek staat.