Download Print deze pagina

Toyota Supra Handleiding pagina 197

Advertenties

Symbool
Maatregel
Symbool brandt rood:
vroegtijdige waarschu-
wing.
Rem af en vergroot de
afstand.
Symbool knippert rood en
er klinkt een geluidssig-
naal: dringende waar-
schuwing.
Rem af en wijk indien
nodig uit.
Vroegtijdige waarschuwing
Er wordt een vroegtijdige waar-
schuwing weergegeven, bijvoor-
beeld wanneer er een risico op een
aanrijding wordt verwacht of bij een
zeer kleine afstand tot de voorlig-
ger.
De bestuurder moet bij een drin-
gende waarschuwing zelf ingrijpen.
Dringende waarschuwing met
remfunctie
Er wordt een dringende waarschu-
wing gegeven wanneer de auto met
een hoog snelheidsverschil een
ander object nadert en er een direct
risico bestaat op een aanrijding.
De bestuurder moet bij een drin-
gende waarschuwing zelf ingrijpen.
Afhankelijk van de rijomstandighe-
den wordt de dringende waarschu-
wing mogelijk ondersteund door
een korte schok van de remmen.
Indien de waarschuwingstijd is
ingesteld op "Late" (laat), doet de
schok zich niet voor.
Indien nodig kan het systeem ook
helpen door de auto automatisch af
3-1. BEDIENING
te remmen wanneer het risico op
een aanrijding bestaat.
Een dringende waarschuwing kan
zelfs zonder een eerdere vroegtij-
dige waarschuwing worden geacti-
veerd.
Reminterventie
De waarschuwing spoort de
bestuurder aan om actief in te grij-
pen. Wanneer de remmen tijdens
een waarschuwing worden bediend,
wordt de maximaal benodigde rem-
kracht toegepast. Remhulp vereist
dat het rempedaal vooraf voldoende
snel en stevig wordt ingetrapt.
Het systeem kan ook helpen door
de auto automatisch af te remmen
wanneer het risico op een aanrij-
ding bestaat.
Bij lage snelheden kan de auto tot
stilstand worden afgeremd.
Afremmen in de stad: reminterven-
tie vindt plaats bij snelheden tot
maximaal ongeveer 85 km/h.
Met radarsensor: reminterventie
vindt plaats bij snelheden tot maxi-
maal ongeveer 250 km/h.
Bij snelheden boven ongeveer 210
km/h vindt de reminterventie plaats
in de vorm van een korte schok. Er
wordt niet automatisch gedecele-
reerd.
Er wordt alleen geremd indien de rij-
stabiliteit niet is aangetast, bijvoor-
beeld door het uitschakelen van de
Vehicle Stability Control (VSC).
Het remmen kan worden onderbro-
ken door het gaspedaal in te trap-
pen of door het stuurwiel actief te
bewegen.
197
3

Advertenties

loading