Voorbeeld:
Toetsen:
Display:
Beschrijving:
(©)
Schakelt de display modus voor
breuken in.
1.5
1 1-2
Voert 1,5 in; weergegeven als
breuk.
10304
1 2-4
Voert 13/4 in.
(a)
1, 7506
Toont z als een decimaal getal.
©)
1 2-4
Toont z als een breuk.
Als u niet dezelfde resultaten als in het voorbeeld krijgt, hebt u
misschien per vergissing de weergave van breuken veranderd. (Zie
"De weergave van breuken veranderen" later in dit hoofdstuk.)
In de volgende paragraaf worden nog meer voorbeelden gegeven van
geldige en ongeldige invoer van breuken.
U kunt breuken alleen invoeren als het grondtal 10 is ingesteld—
het normale grondtal. Zie hoofdstuk 10 voor informatie over het
veranderen van het grondtal.
Breuken in de display
In de display modus voor breuken worden getallen intern berekend als
decimale getallen, en vervolgens met de maximale nauwkeurigheid
van de huidige instelling als breuken weergegeven. Daarnaast
geven nauwkeurigheidsindicators de richting aan van een eventuele
onnauwkeurigheid van de breuk in vergelijking tot de decimale
waarde in 12 cijfers. (De meeste statistiekregisters vormen hierop een
uitzondering—deze registers worden altijd als een decimaal getal
weergegeven.)
5-2
Breuken