Als u wilt, kunt u een getal als een breuk invoeren. Als u een getal
wilt berekenen, gebruikt u de normale toetsenbord-bewerkingen
en drukt u vervolgens op (R/S). U kunt bijvoorbeeld op
2
5 G7)
drukken.
m Voor berekeningen met het getoonde getal drukt u op
voordat u een ander getal typt.
m Als u de aanroep wilt annuleren, drukt u op de (C). De huidige
waarde van de variabele blijjft in het X-register staan. Als u tijdens
het invoeren van getallen op
drukt, wordt het getal gewist
en vervangen door nul. Druk nogmaals op
om de aanroep te
annuleren.
m Als u de cijfers wilt zien die achter de aanroep verborgen zijn,
drukt u op (2) (SHOW).
Elke aanroep plaatst de waarde van de variabele in het X-register
en schakelt het omhoog schuiven van het stapelgeheugen uit. Als u
achter de aanroep een getal typt, vervangt dit getal de waarde in het
X-register. Als u op
drukt, wordt het omhoog schuiven van het
stapelgeheugen ingeschakeld, zodat de waarde in het stapelgeheugen
gehandhaafd blijft.
De syntaxis van vergelijkingen
Hoe een vergelijking wordt geévalueerd, wordt bepaald door een aantal
conventies met betrekking tot:
m De onderlinge verhouding van de operators.
m De functies die geldig zijn in vergelijkingen.
m De manier waarop de syntaxis van vergelijkingen wordt
gecontroleerd.
6-18
Vergelijkingen invoeren en evalueren