Procedure
Parameters
Beschrijving
T
Gereedschapsnaam
D
Snijkantnummer
F
Voeding
S / V
Spiltoerental of
constante snijsnelheid
Bewerking
Spanen breken
•
Ontspanen
•
Z0
Referentiepunt Z
Boordiepte
M.b.t.
schacht
•
Induiken tot de boorschacht de geprogrammeerde waarde Z1 bereikt. Daarbij wordt
rekening gehouden met de hoek die in de gereedschapslijst is opgegeven.
punt
•
Induiken tot de boorpunt de geprogrammeerde waarde Z1 bereikt.
Z1
Eindboordiepte X (abs) of eindboordiepte m.b.t. Z0 (incr.)
D
Maximale diepte-aanzet
FD1
Percentage voor de voeding bij de eerste aanzet
DF
Percentage voor elke volgende aanzet of
•
Waarde voor elke volgende aanzet
•
DF = 100: Aanzetwaarde blijft gelijk
DF < 100: Aanzetwaarde wordt in de richting van de eindboordiepte gereduceerd
Voorbeeld: DF = 80
laatste aanzet was 4 mm;
4 x 80% = 3,2; de volgende aanzetwaarde wordt 3,2 mm
3,2 x 80% = 2,56; de volgende aanzetwaarde wordt 2,56 mm, enz.
V1
minimale diepte-aanzet
Parameter V1 is alleen aanwezig wanneer DF<100% werd geprogrammeerd.
Met parameter V1 wordt een minimale aanzet geprogrammeerd.
V2
Terugtrekwaarde na elke bewerking - (alleen bij bewerking "Spanen breken")
Draaien
Bedieningshandboek, 03/2013, 6FC5398-8CP40-3JA1
1.
Het ShopTurn-programma dat moet worden bewerkt, is aangemaakt en
u bevindt zich in de editor.
2.
Druk de softkeys "Boren", "Boren midden" en "Boren midden" in.
Het invoervenster "Boren midden" wordt geopend.
Technologische functies programmeren (cycli)
8.7 Andere cycli en functies ShopTurn
Eenheid
mm/min
mm/omw
Omw/min
m/min
%
%
mm
497