Technologische functies programmeren (cycli)
8.6 Andere cycli en functies
8.6
Andere cycli en functies
8.6.1
Zwenken vlak / Uitlijnen gereedschap (CYCLE800)
De zwenkcyclus CYCLE800 dient voor het zwenken naar een vlak naar keuze, om dat te
bewerken of te meten. In deze cyclus worden de actieve werkstuknulpunten en
gereedschapscorrecties, rekening houdend met de kinematische keten van de machine door
het oproepen van overeenkomstige NC-functies naar het schuine vlak omgerekend en
worden de rondassen (naar keuze) gepositioneerd.
Het zwenken kan als volgt gebeuren:
● per as
● over ruimtehoek
● over projectiehoek
● rechtstreeks
Voor het positioneren van de rondassen kunnen de lineaire assen naar keuze naar een
veilige positie worden verplaatst.
Voor het zwenken zijn steeds 3 geometrieassen nodig.
In basisuitvoering staan de functies
● 3 + 2 assen schuine bewerking en
● oriënteerbare gereedschapsdragers
ter beschikking.
Aanzetten/uitlijnen gereedschap bij G-codeprogramma
Bij de functie zwenken zijn ook de functies "Aanzetten Gereedschap", "Uitlijnen
freesgereedschap" en "Uitlijnen draaigereedschap" inbegrepen. Bij aanzetten en uitlijnen
wordt, in tegenstelling tot zwenken, het coördinatensysteem (WCS) niet meegedraaid.
Voorwaarden voor het oproepen van de zwenkcyclus
Voor de eerste oproep van de zwenkcyclus in het hoofdprogramma moeten het gereedschap
(snijkant gereedschap D > 0) en de nulpuntverschuiving (NPV) worden geprogrammeerd
waarmee het werkstuk werd getoucheerd of gemeten.
478
Bedieningshandboek, 03/2013, 6FC5398-8CP40-3JA1
Draaien