Technologische functies programmeren (cycli)
8.3 Contourdraaien
8.3.9
Verspanen rest (CYLCE952)
Functie
Met de functie "Verspanen rest" bewerkt u materiaal dat bij het verspanen tegen de contour
is blijven staan.
Bij het verspanen tegen de contour detecteert de cyclus automatisch eventueel aanwezig
restmateriaal en genereert een geactualiseerde contour basismateriaal. Bij ShopTurn wordt
de geactualiseerde contour basismateriaal automatisch gegenereerd. Bij G-
codeprogramma's moet bij Verspanen restmateriaal "ja" worden geprogrammeerd. Materiaal
dat voor de nabewerkingstoegift blijft staan, is geen restmateriaal. Met de functie "Verspanen
rest" kunt u overtollig materiaal met geschikt gereedschap bewerken.
Procedure
366
Software-optie
Voor het verspanen van restmateriaal heeft u de optie "Detecteren en
bewerken van restmateriaal" nodig.
1.
Het deelprogramma of ShopTurn-programma dat moet worden bewerkt,
is aangemaakt en u bevindt zich in de editor.
2.
Druk op de softkey "Contourdraaien".
3.
Druk op de softkey "Verspanen rest".
Het invoervenster "Verspanen restmateriaal" wordt geopend.
Bedieningshandboek, 03/2013, 6FC5398-8CP40-3JA1
Draaien