Logboek kalibraties
In dit logboek worden de kalibratieprocesgegevens opgeslagen onafhankelijk van het ingangsnummer en of de
kalibratie geslaagd was.
De gegevens opgeslagen voor elke vermelding is gelijk aan de gegevens opgeslagen in het logboek
sensorgeschiedenis met de volgende uitbreidingen:
• Punt geeft de ingang aan die werd gekalibreerd (het achtervoegsel R geeft een kalibratie op afstand aan)
• Status geeft aan of de kalibratie geslaagd was of niet.
Logboek sensorgeschiedenis
In dit logboek worden de gegevens van het kalibratieproces van iedere ingang opgeslagen. Er kunnen voor iedere
ingang maximaal vier vermeldingen worden opgeslagen, oudere vermeldingen worden overschreven, behalve de
eerste kalibratie en voorinstellingen.
Afbeelding 56 Logboek sensorgeschiedenis
Wanneer een ingang is geselecteerd, wordt de bijbehorende sensorgeschiedenis weergegeven in het overeenkomstige
veld, mits de ingang al gekalibreerd is. De vermelding van ieder kalibratieproces bestaat uit twee rijen, eerst de
testgasinstelling en vervolgens de nulgasinstelling. Een voorinstellingsvermelding bestaat uit maar één regel.
Als er een afzonderlijke nulaanpassing is uitgevoerd, zijn de waarden bij Concentration [Concentratie] en Measurement
value [Meetwaarde] leeg gelaten op de regel Span Gas Measurement [spangasmeting] en staat er alleen "———".
Het type vermelding wordt aangegeven met een letter in de eerste kolom:
I
Z
S
*
Nummer n
Iedere vermelding bevat de volgende gegevens (indien van toepassing, sroll om alles te zien):
• Datum/tijd van accepteren en sluiten van kalibratiemenu
• Gastypes voor nulgas en, indien van toepassing, testgas (niet gebruikt voor brugstroom instellen)
• Gasconcentraties voor nulgas en, indien van toepassing, testgas (niet gebruikt voor brugstroom instellen)
• Gemeten waarden voor het nulgas en testgas
• Verschilsignaal U
voor het nul- en testgas (alleen relevant voor kalibratie)
x
NL
Brugstroominstelling (IBR)
Voorinstelling nulpunt (ZERO)
Voorinstelling gevoeligheid (SPAN)
Eerste kalibratie
n-laatste kalibratie
SUPREMATouch
4 Systeemparameters invoeren
80