Aansluitklemtoewijzing:
Systeemstoringsrelais en aansluitklemtoewijzing
X 601-aansluitklem nr.
7
8
9
10
11
12
OPMERKING
Beide systeemstoringsrelais moeten onderling worden verbonden zodat het storingsrapport al wordt geactiveerd
wanneer één relais gedeactiveerd wordt. Dit geldt ook voor externe rekken.
12.11 De schakeluitgangen verbinden
Via de MGO-module kunnen maximaal 512 schakeluitgangen worden gecontroleerd door het systeem (40
opencollectorstuuruitgangen per module). Deze schakeluitgangen kunnen worden gebruikt voor het sturen van relais,
magnetische kleppen en LEDs (24 VDC/300 mA). De eerste 8 schakeluitgangen van de eerste MGO-module in het
systeem permanent aan de gemeenschappelijke alarmen zijn toegewezen. De overige uitgangen kunnen echter naar
wens worden geconfigureerd (hoofdstuk
geaccepteerd door een MGT40 TS-module die op een montagerail is bevestigd. De MGT40 TS-module moet met een
40-weg lintkabel zijn aangesloten op de MUT-module die is toegewezen aan de MGO-module.
OPMERKING
Het aansluiten van schakeluitgangen via de MAT-module of de MAT TS-module is niet mogelijk gemaakt en niet
toegestaan!
OPMERKING
De uitgangen van deze module (maximaal +24 VDC/300 mA) refereren aan de SUPREMATouch-aarde. Daarom moet
de aarde van de modulevoedingsspanning worden aangesloten op de aarde van de SUPREMATouch (aarde van de
voedingsaansluiting op de MIB-module).
NL
Contact
Onderbrekingscontact relais 1
Centrumcontact relais 1
Inschakelcontact relais 1
Onderbrekingscontact relais 2
Centrumcontact relais 2
Inschakelcontact relais 2
12.7 Systeemconfiguratie
SUPREMATouch
(hardware)). De schakeluitgangen kunnen worden
12 Installatie
185