Nieuw bewerkingsprogramma openen
Een bewerkingsprogramma moet altijd in de werkstand Programme-
ren/bewerken ingegeven worden.
Voorbeeld van een programma-opening
Werkstand Programmeren/bewerken kiezen
<
Bestandsbeheer oproepen: toets PGM MGT
indrukken
<
Kies de directory, waarin het nieuwe programma moet worden
opgeslagen:
estandsnaam = ALT.H
<
NIEUW
Nieuwe programmanaam ingeven, met ENT-toets
bevestigen
Maateenheid kiezen: softkey MM of INCH
indrukken. De TNC verandert van
programmavenster en opent de dialoog voor de
definitie van de BLK-FORM (ruwdeel)
Spilas parallel X/Y/Z ?
<
Spilas ingeven
Def
LK-FORM: min-punt ?
<
0
Na elkaar X-, Y- en Z-coördinaten van het MIN-punt
ingeven
0
-40
Def
LK-FORM: max-punt ?
<
100
Na elkaar X-, Y- en Z-coördinaten van het MAX-
punt ingeven
100
0
56
Wanneer er geen definitie van het ruwdeel
geprogrammeerd moet worden, wordt de
dialoog met de DEL -toets afgebroken.
4 Programmeren: basisbegrippen, bestandsbeheer,
programmeerondersteuning, palletsbeheer