De TNC wijst aan enkele Q-parameters automatisch altijd
dezelfde gegevens toe, b.v. aan Q-parameter Q108 de
actuele gereedschapsradius. Zie „10.10 Vooraf bezette
Q-parameters" .
Wanneer de parameters Q1 t/m Q99 in fabrikantencycli
toegepast worden, wordt in machineparameter MP7251
vastgelegd, of deze parameters alleen lokaal in de
fabrikantencyclus werken of globaal voor alle programma's.
Q-parameterfuncties oproepen
Tijdens het ingeven van een bewerkingsprogramma moet de toets
„Q" ingedrukt worden (op het toetsenbord voor getalingave en
askeuze onder –/+ -toets).
Dan toont de TNC onderstaande softkeys:
Functiegroep
Wiskundige basisfuncties
Hoekfuncties
Functie voor cirkelberekening
Indien/dan-beslissingen, sprongen
Overige functies
Formule direct ingeven
HEIDENHAIN TNC 426, TNC 430
Softkey
273