Download Print deze pagina

HEIDENHAIN TNC 426 Bedieningshandboek pagina 184

Verberg thumbnails Zie ook voor TNC 426:

Advertenties

UITDRAAIEN (cyclus 202)
Machine en TNC moeten door de machinefabrikant voor de
cyclus 202 voorbereid zijn.
1 De TNC positioneert het gereedschap in de spilas in ijlgang FMAX
naar de veiligheidsafstand boven het werkstukoppervlak
2 Het gereedschap boort met de booraanzet tot de diepte.
3 Op de bodem van de boring staat het gereedschap stil - indien
ingegeven - met draaiende spil voor het vrijmaken.
4 Aansluitend voert de TNC een spiloriëntatie uit op de 0°-positie.
5 Indien terugtrekken is gekozen, wordt het gereedschap door de TNC
in de ingegeven richting 0,2 mm (vaste waarde) uit het materiaal
gehaald.
6 Aansluitend verplaatst de TNC het gereedschap met aanzet
terugtrekken naar de veiligheidsafstand en van daaruit -indien
ingegeven- met FMAX naar de 2e veiligheidsafstand. Indien
Q214=0, wordt er langs de wand van de boring teruggetrokken
Let voor het programmeren op het volgende
Positioneerregel op het startpunt (midden van de boring)
van het bewerkingsvlak met radiuscorrectie R0
programmeren.
Het voorteken van de cyclusparameter diepte legt de
werkrichting vast.
De TNC brengt aan het einde van de cyclus de koelmiddel-
en spiltoestand terug, die voor de cyclusoproep actief
waren.
Veiligheidsafstand Q200 (incrementeel): afstand tussen
gereedschapspunt en werkstukoppervlak.
Diepte Q201 (incrementeel): afstand tussen
werkstukoppervlak en bodem van de boring.
Aanzet diepteverplaatsing Q206: verplaatsingssnelheid
van het gereedschap bij het uitdraaien in mm/min.
Stilstandstijd beneden Q211: tijd in seconden, die het
gereedschap op de bodem van de boring stilstaat.
Aanzet terugtrekken Q208: verplaatsingssnelheid van
het gereedschap bij het terugtrekken uit de boring in
mm/min. Wanneer Q208=0 wordt ingegeven, dan geldt
aanzet diepteverplaatsing.
Coörd. werkstukoppervlak Q203 (absoluut): coördinaat
werkstukoppervlak.
2
veiligheidsafstand Q204 (incrementeel): coördinaat
e
spilas, waarin botsing tussen het gereedschap en het
werkstuk (spaninrichting) uitgesloten is.
168
Z
Q203
Q211
NC-voorbeeldregels:
9
Y L DEF 202 UITDRAAIEN
Q200=2
;VEILIGHEIDSAFSTAND
Q201=-20
;DIEPTE
Q206=150
;AANZET DIEPTEVERPL.
Q211=0.5
;STILSTANDSTIJD BENEDEN
Q208=500
;AANZET TERUGTREKKEN
Q203=+0
; OÖR. OPPERVLAK
Q204=50
;2e VEILIGHEIDSAFSTAND
Q214=1
;VRIJLOOPRI HTING
Q336=0
;SPILHOEK
Q206
Q204
Q200
Q201
Q208
X
8 Programmeren: cycli

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Tnc 430