MAATFACTOR (cyclus 11)
De TNC kan binnen een programma contouren vergroten of
verkleinen. Zo kan er b.v. rekening gehouden worden met krimp- en
overmaatfactoren.
Werking
De MAATFACTOR werkt vanaf de definitie in het programma. Zij
werkt ook in de werkstand Positioneren met handingave. De TNC
toont de actieve maatfactor in de additionele statusweergave.
De maatfactor werkt:
in het bewerkingsvlak, of op alle drie de coördinatenassen
tegelijkertijd (afhankelijk van machineparameter 7410)
op maatgegevens in cycli
ook op parallelle assen U,V,W
Voorwaarde
Voor de vergroting resp. de verkleining moet het nulpunt naar een
zijkant of hoek van de contour verschoven worden.
Factor ?: factor SCL ingeven (engl.: scaling); de TNC
vermenigvuldigt coördinaten en radii met SCL (zoals in
„werking" omschreven).
Vergroten:
Verkleinen
NC-voorbeeldregels:
83
Y L DEF 11.0 MAATFA TOR
84
Y L DEF 11.1 S L0.99537
Terugzetten
Cyclus MAATFACTOR met factor 1 opnieuw programmeren.
Een maatfactor kan ook asspecifiek ingegeven worden
(zie cyclus 26).
246
SCL groter dan 1 t/m 99,999 999
SCL kleiner dan 1 t/m 0,000 001
Z
Y
Z
Y
8 Programmeren: cycli
X
X