5.4 Driedimensionale gereedschaps-
correctie
De TNC kan een driedimensionale gereedschapscorrectie (3D-
correctie) voor rechte regels uitvoeren. Behalve de coördinaten X, Y en
Z van het eindpunt van de rechte moeten deze regels ook de
componenten NX, NY en NZ van de vlaknormaalvector bevatten (zie
afbeelding rechtsboven en uitleg hieronder op deze bladzijde).
Wanneer u bovendien nog een gereedschapsoriëntatie of een
driedimensionele radiuscorrectie wilt uitvoeren, moeten deze regels
ook nog een gestandaardiseerde vector met de componenten TX, TY
en TZ bevatten, waarmee de gereedschapsoriëntatie wordt vastgelegd
(zie afbeelding midden rechts). Het eindpunt van de rechte, de
componenten van de vlaknormaalvector en de componenten voor de
gereedschapsoriëntatie moeten door een CAD-systeem worden
berekend.
Toepassingsmogelijkheden
Toepasssing van gereedschap met afmetingen die niet
overeenkomen met de door het CAD-systeem berekende
afmetingen (3D-correctie zonder definitie van de
gereedschapsoriëntatie)
Face Milling: correctie van de freesgeometrie in de richting van de
vlaknormaalvector (3D-correctie zonder en met definitie van de
gereedschapsoriëntatie) De verspaning wordt primair met de
kopzijde van het gereedschap uitgevoerd.
Peripheral Milling: correctie van de freesradius loodrecht op de
bewegingsrichting en loodrecht op de gereedschapsrichting
(driedimensionele radiuscorrectie met definitie van de
gereedschapsoriëntatie). De verspaning wordt primair met het
mantelvlak van het gereedschap uitgevoerd.
Definitie van een gestandaardiseerde vector
Een gestandaardiseerde vector is een wiskundige grootheid met
getalswaarde 1 en een willekeurige richting. Bij LN-regels heeft de TNC
maximaal twee gestandaardiseerde vectoren nodig, één om de
richting van de vlaknormaalvector en nog een (optionele) om de
richting van de gereedschapsoriëntatie te bepalen. De richting van de
vlaknormaalvector wordt door de componenten NX, NY en NZ
vastgelegd. Dat is bij eeen stift- en radiusfrees loodrecht van het
werkstukoppervlak weg naar het referentiepunt van het
gereedschapP
, bij een hoekradiusfrees door P
T
rechtsonder). De richting van de gereedschapsoriëntatie wordt met de
componenten TX, TY en TZ vastgelegd.
88
' of P
(zie afbeelding
T
T
Z
Y
R
R
P
T
P
T
5 Programmeren gereedschappen
P
T
NZ
P
NX
NY
R
P
'
T
P
T