Hoofdstuk 4
5.
Druk op de pijltjestoets naar beneden om de netwerknaam die u in stap 1 hebt
genoteerd te markeren en druk dan op OK.
Wanneer u uw netwerknaam niet in de lijst aantreft
a. Selecteer Een nieuwe netwerknaam (SSID) invoeren. Gebruik indien nodig de
pijltjestoets naar beneden om dit te markeren en druk op OK.
Het visuele toetsenbord wordt weergegeven.
b. Geef de SSID op. Gebruik de pijlknoppen op het bedieningspaneel om een letter
of cijfer te markeren op het visuele toetsenbord en druk vervolgens op OK om
deze/dit te selecteren.
Opmerking
Anders wordt de draadloze verbinding niet tot stand gebracht.
c. Wanneer u de nieuwe SSID hebt ingevoerd, markeert u met de pijlknoppen
Gereed op het visuele toetsenbord en drukt u vervolgens op OK.
d. Druk op pijltjestoets naar beneden tot Infrastructuur is gemarkeerd en druk
vervolgens op OK.
e. Druk op de pijltjestoets omlaag tot WEP-codering of WPA-coderingis
gemarkeerd en druk vervolgens op OK.
Als u de WEP-codering niet wilt gebruikt, drukt u op de pijltjestoets omlaag tot
Nee, mijn netwerk maakt geen gebruik van codering wordt gemarkeerd, en
drukt u daarna op OK. Ga naar stap 7.
6.
Voer desgevraagd uw WPA- of WEP-sleutel in.
a. Gebruik de pijlknoppen om een letter of cijfer te markeren op het visuele
toetsenbord en druk vervolgens op OK om deze/dit te selecteren.
Opmerking
Anders wordt de draadloze verbinding niet tot stand gebracht.
b. Markeer na het invoeren van de WPA- of WEP-sleutel met de pijlknoppen
Gereed op het visuele toetsenbord.
c. Druk op OK om te bevestigen.
Het apparaat probeert verbinding te maken met het netwerk. Als in een bericht
wordt aangegeven dat u een ongeldige WPA- of WEP-sleutel hebt ingevoerd,
controleert u de sleutel die u hebt genoteerd voor het nieuwe netwerk, volgt u de
instructies om de sleutel te corrigeren en probeert u het opnieuw.
De draadloos-netwerktest wordt gestart, en voert een reeks diagnostische testen uit
om te bepalen of de netwerkinstallatie is geslaagd. De draadloos-netwerktest wordt
afgedrukt nadat deze is voltooid.
7.
Wanneer het apparaat verbinding heeft gemaakt met het netwerk, gaat u naar uw
computer om de software te installeren op elke computer die gebruikmaakt van het
netwerk.
Het apparaat aansluiten met SecureEasySetup
1.
Activeer SecureEasySetup op uw draadloze router of toegangspunt.
2.
Druk op Instellingen.
30
De installatie van de HP All-in-One voltooien
U moet de exacte hoofdletters en kleine letters invoeren.
U moet de exacte hoofdletters en kleine letters invoeren.