Hoofdstuk 12
•
Schakel de HP All-in-One uit door op de knop Aan op het apparaat te drukken. Wacht
tot het lampje Aan uitgaat voor u de stekker loskoppelt of een wandschakelaar omzet.
Als de HP All-in-One verkeerd is uitgeschakeld, wordt de wagen met printcartridges
mogelijk niet op juiste positie teruggezet en dit kan problemen met de printcartridges
en de afdrukkwaliteit veroorzaken.
•
Bewaar printcartridges bij kamertemperatuur (15,6 - 26,6 °C).
•
Als u een aanzienlijk verschil in afdrukkwaliteit opmerkt, controleer dan de resterende
inktniveaus in de printcartridges. Vervang bijna lege printcartridges. Als geen van de
printcartridges bijna leeg is, reinigt u de printkop.
•
Maak de printkop alleen schoon als dat nodig is. U verspilt zo geen inkt en de
printcartridges hebben een langere levensduur.
•
Hanteer de printcartridges met de nodige voorzichtigheid. Door de printcartridges
tijdens de installatie te laten vallen, te schudden of ruw te behandelen, kunnen
tijdelijke afdrukproblemen ontstaan.
•
Als u het apparaat vervoert, doet u het volgende om te voorkomen dat er inkt uit de
wagen met printcartridges lekt of dat het apparaat beschadigd raakt:
◦
Schakel het apparaat uit door op de knop Aan te drukken.
De wagen met printcartridges moet rechts in het onderhoudsstation worden
geplaatst.
◦
Zorg ervoor dat u de printcartridges en de printkop op hun plaats houdt.
◦
Vul de binnenkant van het apparaat een beetje op met verfrommeld krantenpapier
om te voorkomen dat de wagen met printcartridges beweegt tijdens het transport.
◦
Het apparaat moet vlak worden getransporteerd; het mag niet op de zijkant,
achterkant, voorkant of bovenkant worden geplaatst.
Verwante onderwerpen
•
"Geschatte inktniveaus controleren" op pagina 126
•
"De printkop reinigen" op pagina 131
Geschatte inktniveaus controleren
U kunt gemakkelijk de inktniveaus controleren als u wilt nagaan hoe lang de
printcartridges nog kunnen meegaan. De inktniveaus geven ongeveer aan hoeveel inkt
de printcartridges nog bevatten.
Opmerking
cartridge die in een ander apparaat werd gebruikt, is de inktniveau-indicator mogelijk
onnauwkeurig of onbeschikbaar.
Opmerking
schattingen om te kunnen plannen. Wanneer u een waarschuwingsbericht voor een
laag inktniveau krijgt, overweeg dan om een vervangcartridge klaar te houden om
eventuele afdrukvertragingen te vermijden. U hoeft de cartridges pas te vervangen
als de afdrukkwaliteit onaanvaardbaar wordt.
126
Het onderhoud van de HP All-in-One
Als u een opnieuw gevulde of herstelde printcartridge gebruikt, of een
Waarschuwingen en indicatoren voor het inktniveau bieden uitsluitend