Download Print deze pagina

HEIDENHAIN TNC 410 Bedieningshandboek pagina 39

Din/iso-programmering
Verberg thumbnails Zie ook voor TNC 410:

Advertenties

Referentiepunten benaderen bij gezwenkte assen
Bij gezwenkte assen worden de referentiepunten met de externe
richtingstoetsen benaderd. De TNC interpoleert daarbij de
bijbehorende assen. Let erop, dat de functie „bewerkingsvlak
zwenken" in de werkstand Handbediening actief is en de actuele
hoek van de rotatie-as in het menuveld geregistreerd werd.
Nadat de rotatie-assen gepositioneerd zijn, wordt het
referentiepunt vastgelegd zoals in het niet gezwenkte systeem. De
TNC rekent het nieuwe referentiepunt in het gezwenkte
coördinatensysteem om. De hoekwaarden voor deze berekening
haalt de TNC bij geregelde assen uit de actuele positie van de
rotatie-as.
In het gezwenkte systeem mag het referentiepunt niet
vastgelegd worden, wanneer in machineparameter
7500, bit 3 is vastgelegd. Anders berekent de TNC de
verstelling foutief.
Indien de rotatie-as(sen) van de machine niet geregeld
zijn, moet de actuele positie van de rotatie-as in het
menu voor handmatig zwenken ingegeven worden:
komt de actuele positie van de rotatie-as(sen) niet
overeen met de ingave, wordt door de TNC het
referentiepunt fout berekend.
Referentiepunt vastleggen bij machines met rondtafel
De instelling van de TNC bij het vastleggen van het
referentiepunt is afhankelijk van de machine. Raadpleeg
het machinehandboek.
De TNC verzet het referentiepunt automatisch, wanneer de tafel
gedraaid wordt en de functie bewerkingsvlak zwenken actief is.
MP 7500, bit 3=0
Om de verstelling van het referentiepunt te berekenen, gebruikt de
TNC het verschil tussen de REF-coördinaat bij het referentiepunt
vastleggen en de REF-coördinaat van de zwenkas na het zwenken.
Deze berekeningsmethode kan gebruikt worden, wanneer in de 0°-
positie (REF-waarde) van de rondtafel het werkstuk uitgericht is
opgespannen.
MP 7500, bit 3=1
Wanneer een scheef opgespannen werkstuk via een rotatie van de
rondtafel wordt uitgericht, dan mag de TNC de verstelling van het
referentiepunt niet meer via het verschil tussen de REF-coördinaten
berekenen. De TNC gebruikt direct de REF-waarde van de zwenkas
na het zwenken, dus gaat ervan uit dat het werkstuk voor het
zwenken werd uitgericht.
HEIDENHAIN TNC 410, TNC 426, TNC 430
Positieweergave in het gezwenkte systeem
De in het statusveld weergegeven posities
(NOMINAAL en ACTUEEL) zijn gerelateerd aan het
gezwenkte coördinatensysteem.
Beperkingen bij zwenken van het bewerkingsvlak
De tastfunctie basisrotatie kan niet gebruikt
worden.
PLC-positioneringen (door de machinefabrikant
vastgelegd) zijn niet toegestaan.
Positioneerregels met M91/M92 zijn niet
toegestaan.
23

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Tnc 426Tnc 430