11.5 Bloksgewijze overdracht: lange
programma's uitvoeren (niet bij
TNC 426, TNC 430)
Via een extern geheugen kan „bloksgewijze" overdracht
plaatsvinden van bewerkingsprogramma's die meer geheugen
nodig hebben dan de TNC beschikbaar heeft.
De programmaregels worden daarbij door de TNC via de data-
interface ingelezen en direct nadat zij afgewerkt zijn, weer gewist.
Op deze manier kunnen onbeperkt lange programma's afgewerkt
worden.
Het programma mag maximaal 20 regels G99 bevatten.
Wanneer meerdere gereedschappen nodig zijn, gebruik
dan de gereedschapstabel.
Wanneer het programma een regel % ... bevat, dan moet
het opgeroepen programma in het geheugen van de
TNC voorhanden zijn.
Het programma mag niet bevatten:
onderprogramma's
herhalingen van programmadelen
functie D15:PRINT
Programma bloksgewijze overdracht
Data-interface met de MOD-functie configureren (zie
„13.5 Externe data-interface instellen").
Werkstand Automatische programma-afloop of
Programma-afloop regel voor regel kiezen.
Bloksgewijze overdracht uitvoeren: softkey
BLOKSGEW. OVERDR. indrukken.
Programmanaam ingeven, met ENT-toets bevestigen.
De TNC leest het gekozen programma via de data-
interface in.
Bewerkingsprogramma met externe starttoets starten.
290
11 Programmatest en programma-afloop