Vorm van de schroeflijn
De tabel toont de relatie tussen werkrichting, rotatierichting en
radiuscorrectie voor bepaalde baanvormen.
Binnendraad
Werkrichting
rechtse draad
Z+
linkse draad
Z+
rechtse draad
Z–
linkse draad
Z–
Buitendraad
rechtse draad
Z+
linkse draad
Z+
rechtse draad
Z–
linkse draad
Z–
Schroeflijn programmeren
Geef de rotatierichting en de totale incrementele hoek
G91 H met hetzelfde voorteken in, anders kan het
gereedschap zich langs een verkeerde baan verplaatsen.
Voor de totale hoek G91 H kan een waarde tussen –
5400° en +5400° ingegeven worden. Wanneer de draad
meer dan 15 gangen heeft, programmeer dan de
schroeflijn in een herhaling van een programmadeel
(zie „9.2 Herhalingen van programmadelen")
12
Poolcoördinaten-hoek H: totale hoek incrementeel
(G91) ingeven, waarmee het gereedschap zich op de
schroeflijn verplaatst. Na ingave van de hoek wordt de
gereedschapsas met een askeuzetoets gekozen.
Coördinaat voor de hoogte van de schroeflijn
incrementeel ingeven
Radiuscorrectie G40/G41/G42
volgens tabel linksboven ingeven
NC-voorbeeldregels
120 I+40 J+25 *
130 G01 Z+0 F100 M3 *
140 G11 R+3 H+270 *
150 G12 G41 G91 H-1800 Z+5 F+50 *
HEIDENHAIN TNC 410, TNC 426, TNC 430
Rotatierichting
Radiuscorrectie
G13
G41
G12
G42
G12
G42
G13
G41
G13
G42
G12
G41
G12
G41
G13
G42
Z
Y
270°
25=J
R3
X
40=I
113