Veiligheidssysteem
WAARSCHUWING
Laat nooit een volwassen passagier
in de voorpassagiersstoel meerijden
terwijl het controlelampje
voorpassagiersairbag OFF
brandt. De airbag wordt bij een
botsing niet opgeblazen als het
controlelampje brandt. Schakel
de voorpassagiersairbag in of laat
uw passagier op de achterbank
plaatsnemen.
WAARSCHUWING
Bij een storing in de ON/OFF-schakelaar
voorpassagiersairbag kunnen de
volgende omstandigheden zich
voordoen:
Het airbagcontrolelampje
instrumentenpaneel gaat branden.
Het controlelampje passagiersairbag
OFF (
) brandt niet en het
controlelampje ON (
en gaat weer uit na ongeveer 60
seconden. De passagiersfrontairbag
wordt ook opgeblazen bij een
botsing ondanks het feit dat de
schakelaar voorpassagiersairbag
ON/OFF in de OFF-stand is gezet.
Laat in dat geval de ON/
OFF-schakelaar voor de
voorpassagiersairbag en het
airbagsysteem zo spoedig mogelijk
controleren door een officiële
HYUNDAI-dealer.
3-44
Zijairbags
in het
) gaat branden
Uw auto is uitgerust met een zijairbag
in elke voorstoel. Het doel van de
airbag is om extra bescherming te
bieden bovenop de bescherming die de
veiligheidsgordels bieden.
De zijairbags zijn ontworpen om op te
blazen tijdens bepaalde botsingen van
opzij, afhankelijk van de ernst van de
botsing.
De zijairbags aan beide zijden van de
auto zijn ontworpen om op te blazen als
de roll-over-sensor detecteert dat de
auto over de kop slaat.
De zijairbags zijn niet ontworpen om bij
alle aanrijdingen van opzij of situaties
waarbij de auto over de kop kan slaan
opgeblazen te worden.
OOSH039047L
OOSH039048L