Instrumentenpaneel
5. Portier
Onderwerpen
Automatisch
vergrendelen
Automatisch
ontgrendelen
Druk 2 keer voor
ontgrendelen
Claxon feedback
4-38
Mogelijk maken via schakelen: Alle portieren worden
automatisch vergrendeld als de schakelknop vanuit stand P
(Parkeren) in stand R (Achteruit), N (Neutraal) of D (Rijden)
wordt gezet.(alleen als de motor draait).
Inschakelen tijdens rijden: alle portieren worden automatisch
vergrendeld als het voertuig sneller rijdt dan 15 km/h.
Uit: de centrale vergrendeling wordt uitgeschakeld.
Als u naar P schakelt: Alle portieren worden automatisch
ontgrendeld als de schakelknop naar de stand P (Parkeren)
wordt gezet.(alleen als de motor draait).
Via sleutel uit/via voertuig uit: Alle portieren worden
automatisch ontgrendeld als de sleutel uit het contact
wordt genomen of als de toets ENGINE START/STOP (motor
starten/stoppen) in de stand OFF wordt geplaatst.
Uit: de centrale ontgrendeling wordt uitgeschakeld.
Off (uit): De functie met 2 keer drukken om te ontgrendelen
wordt uitgeschakeld. Daarom worden alle portieren
ontgrendeld als de portierontgrendelingsknop wordt
ingedrukt.
On (aan): Alleen het portier van de bestuurder wordt
ontgrendeld als de portierontgrendelingsknop wordt
ingedrukt. Als de portierontgrendelingsknop binnen de 4
seconden nogmaals wordt ingedrukt, zullen de overige
portieren worden ontgrendeld.
Activeren en deactiveren van de claxon-feedback.
Als u het portier vergrendelt door de vergrendelingstoets
van de afstandsbediening in te drukken en deze binnen 4
seconden opnieuw indrukt, klinkt – indien de claxon-feedback
is geactiveerd – het claxon-feedbackgeluid één keer om
aan te geven dat alle portieren zijn vergrendeld (indien van
toepassing met afstandsbediening).
Toelichting