Hoge temperatuur transmissie
Onder bepaalde omstandigheden,
zoals bij herhaaldelijk optrekken
bij stop-and-go verkeer op een
steile helling, plotseling optrekken
of accelereren of andere ruwe
rijomstandigheden, zal de
koppelingstemperatuur van de
transmissie tot hoge waarden stijgen.
Als de koppeling oververhit raakt,
treedt de failsafe-functie in werking
en gaat de schakelstandindicator in
het instrumentenpaneel knipperen en
klinkt er een zoemer. Op dat moment
verschijnt de waarschuwingsmelding
'Hoge transmissie-temperatuur.! Veilig
stoppen' op het LCD-display en is het
rijgedrag mogelijk niet soepel.
Wanneer dit zich voordoet, zet de
auto dan op een veilige plaats stil
en laat de motor draaien, trap het
rempedaal in en schakel stand P
(parkeren) bij draaiende motor in en
laat de transmissie afkoelen.
Als u deze waarschuwing negeert,
verslechtert het rijgedrag mogelijk.
Hierbij kan abrupt en veelvuldig
worden geschakeld of kunnen
schokken optreden. Stop de auto en
trap het rempedaal in of schakel in
stand P (parkeren) om weer naar de
normale rijtoestand terug te keren.
Laat de transmissie vervolgens met
draaiende motor een aantal minuten
afkoelen alvorens weg te rijden.
Rijd indien mogelijk schokvrij weg.
OOSH069012L
Transmissie oververhit
Als met de auto verder wordt gereden
en de koppelingstemperatuur de
maximale temperatuurlimiet bereikt,
wordt de waarschuwing 'Trans. heet!
Parkeer met motor aan' weergegeven.
Indien dit zich voordoet werkt de
koppeling niet meer totdat deze
weer tot de normale temperatuur is
afgekoeld.
OOSH069007L
06
OOSH069013L
OOSH069014L
6-15