Bestuurdershulp
Botsingswaarschuwing
De botsingswaarschuwing werkt
wanneer de richtingaanwijzer wordt
ingeschakeld in de richting van de
gedetecteerde auto.
Als 'Alleen waarschuwing'
wordt geselecteerd in het menu
Settings (Instellingen), werkt de
botsingswaarschuwing wanneer
uw auto de rijstrook nadert waarin
het voertuig in uw dode hoek is
gedetecteerd.
Om de bestuurder te waarschuwen
voor een aanrijding, knipperen
het waarschuwingslampje op de
buitenspiegel en de head-up display
(indien van toepassing). Er is ook een
waarschuwingssignaal te horen.
Als de richtingaanwijzer wordt
uitgeschakeld of u wegrijdt van
de rijstrook in kwestie, wordt de
botsingswaarschuwing geannuleerd
en schakelt het systeem opnieuw de
voertuigdetectiemodus in.
7-48
WAARSCHUWING
Het detectiebereik van de hoekradar
achter wordt bepaald door de
standaard wegbreedte. Op een
smalle weg is het dus mogelijk dat
het systeem andere voertuigen op
de volgende rijstrook detecteert
en u waarschuwt. Mogelijk kan het
systeem op een brede weg een
voertuig op de rijstrook naast u
niet detecteren en u er niet voor
waarschuwen.
Wanneer de alarmknipperlichten
ingeschakeld zijn, werkt de
botsingswaarschuwing d.m.v. de
richtingaanwijzer niet.
Informatie
Als het stuur links zit, kunt u worden
gewaarschuwd voor een botsing wanneer
u naar links rijdt. Bewaar een correcte
afstand tot de voertuigen in de rijstrook
links van u. Als het stuur rechts zit, kunt
u worden gewaarschuwd voor een botsing
wanneer u naar rechts rijdt. Bewaar een
correcte afstand tot de voertuigen in de
rijstrook rechts van u.