Inhoudsopgave
Advertenties
HR (hartslag)
In het parametervenster voor HR wordt de hartslag van de patiënt weergegeven wanneer de
pulsoxymeter is ingeschakeld en de sensor bij de patiënt is aangebracht. De HR-meting (0 tot
240 slagen per minuut) wordt weergegeven in het parametervenster en de Pleth-curve wordt
uitgezet wanneer de pulsoxymeter wordt gebruikt. Tijdens de bewaking wordt "--"
weergegeven wanneer de sensor geen meting detecteert. Het hartpictogram knippert met de
frequentie van de hartslag.
Secundaire parameters en alarmdrempels/alarmgrenzen
De secundaire parameters voor het HR-parametervenster zijn als volgt:
HR-bovengrens (instelbaar van 80 tot 240 slagen per minuut (of UIT)
•
HR-ondergrens (instelbaar van 30 tot 79 slagen per minuut (of UIT)
•
Ga als volgt te werk om de instelling van de drempel van een alarm te wijzigen:
1. Druk enkele keren op de HR-parameterknop totdat de gewenste limietinstelling wordt
gemarkeerd.
Draai aan de draaiknop om de waarde van de parameter aan te passen.
2.
3.
Druk op de knop Accepteren.
Contextmenu
Het menu ondersteunt zowel HR als SpO
volgende pulsoxymeterknoppen:
Stand-by
•
Pulsoxy
•
Snelle SAT
•
Gevoeligheid
•
APOD
•
Gemiddelde over
•
Signaalsterkte
•
Signaal IQ
•
Via het menu kan de pulsoxymeter-bewaking in stand-by worden geplaatst. Het biedt ook
opties om snelle SAT in te schakelen en om de gevoeligheid en andere voor Masimo specifieke
parameters aan te passen (zie de onderstaande tabel voor meer informatie).
Om een menu-instelling te wijzigen, gaat u als volgt te werk:
1. Houd de HR-parameterknop ingedrukt totdat het menu wordt weergegeven.
Laat de HR-parameterknop los en draai vervolgens aan de draaiknop totdat het
2.
contextmenu-item dat u wilt wijzigen, wordt gemarkeerd en druk vervolgens op de knop
Accepteren. De huidige instelling voor de contextmenuparameter wordt gemarkeerd.
Draai aan de draaiknop om de instelling naar de gewenste waarde te wijzigen.
3.
Druk op de knop Accepteren.
4.
9650-002363-16 Rev A
Bedieningshandleiding voor het ZOLL-beademingsapparaat
Hoofdstuk 4 Het beademingsapparaat gebruiken
parametervensters. Het menu voorziet in de
2
4-25
Advertenties
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
