Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Fio 2 -Parametervensterreferentie - ZOLL Z Vent Bedieningshandleiding

Beademingsapparaat
Inhoudsopgave

Advertenties

Hoofdstuk 4 Het beademingsapparaat gebruiken
FIO
-parametervensterreferentie
2
In de volgende tabel worden de opties en het bereik voor het FIO
FIO
-parametervenster
2
Primaire parameter
Primaire parameter
Secundaire parameters
Alarmgrenzen
Gemeten waarde
FIO
-contextmenu
2
O
-reservoir
2
SpO
-parametervensteropties
2
Het SpO
beademingsapparaat. De SpO
de Pleth-curve wordt uitgezet als de sensor wordt gebruikt. Het parametervenster geeft een "--" weer.
Opmerking: De pulsoxymeter werkt alleen wanneer het beademingsapparaat beademing toedient.
De volgende factoren kunnen de meetwaarde van de pulsoxymeter beïnvloeden:
De sensor is te strak aangebracht.
Er is overmatige verlichting van lichtbronnen zoals een operatielamp, een bilirubinelamp of
zonlicht.
Er is een bloeddrukmanchet opgeblazen op dezelfde extremiteit als waarop een SpO
is aangebracht.
Slechte perfusie
De patiënt lijdt aan hypotensie, ernstige vaatvernauwing, ernstige anemie of hypothermie.
Er doet zich proximaal van de sensor een arteriële occlusie voor.
De patiënt heeft een hartstilstand of verkeert in shock.
Bewegen van de patiënt
Nagellak of vingerpigment
Koolmonoxidevergiftiging
De weergave van SpO
staat in stand-by (en in het parametervenster wordt STBY weergegeven) wanneer:
Er geen SpO
De sensor tijdens het opstarten niet bij de patiënt is aangebracht.
U de pulsoxymeter zelf in stand-by hebt gezet.
Opmerking: U kunt de pulsoxymeter alleen in stand-by zetten wanneer deze niet bij een
4-22
FIO
2
%
FIO
+
2
Geen
Geen
O
-verbruik (l/min)
2
Standaard: UIT
-parametervenster bestuurt de Masimo-pulsoxymeter die wordt gebruikt in het
2
-meting (0 tot 100%) wordt weergegeven in het parametervenster en
2
is alleen actief als er een pulsoxymeter is aangesloten. De pulsoxymeter
2
-sensor is aangesloten.
2
patiënt is aangebracht. Als er een geldig signaal wordt waargenomen, wordt de
pulsoxymeter automatisch uit stand-by gehaald.
Opties/bereik
21 tot 100
21
0 tot 99,9
UIT/AAN
www.zoll.com
-parametervenster weergegeven:
2
Beschikbaarheid/
opmerkingen
Toont aan dat de O
-
2
reservoirmodus in gebruik is.
Toont aan wanneer hoge druk
zuurstoftoevoer aanwezig is en
toont het verbruik van de flow
aan.
"+" pictogram geeft aan wanneer
lage druk O
"Aan" staat
2
9650-002363-16 Rev A
-sensor
2

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Emv+Eagle iiAev

Inhoudsopgave