Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Het Beademingsapparaat Inschakelen; Een Optie In Het Menu Start Selecteren - ZOLL Z Vent Bedieningshandleiding

Beademingsapparaat
Inhoudsopgave

Advertenties

Hoofdstuk 3 Het beademingsapparaat instellen

6. Het beademingsapparaat inschakelen

Schakel het beademingsapparaat in door de aan/uit-schakelaar naar de stand "I" te draaien. In
afbeelding 3-6 ziet u de locatie van de aan-uitschakelaar van het beademingsapparaat.
Na inschakeling voert het apparaat een zelftest uit, waarbij wordt gecontroleerd of er sprake is
van bestaande alarmcondities en of het pneumatische systeem, de interne communicatie en de
interne voeding goed werken. Na het voltooien van de zelftest wacht het beademingsapparaat
erop dat de gebruiker een startconfiguratie selecteert voordat het begint te werken. Als het
beademingsapparaat begint te werken, worden voortdurend de alarmtoestanden gecontroleerd.
Tijdens het normaal opstarten worden de alarmen gedurende 2 minuten (120 seconden) onderdrukt,
zodat u verbinding kunt maken met het beademingscircuit, met de pulsoximeter, de beademingsappar-
aatinstellingen kunt aanpassen en een functietest uit kunt voeren zonder te worden afgeleid. De
startdemping verdwijnt vanzelf als er geen actieve middelhoge prioriteitsalarmen zijn en er geen
ongedempte lage prioriteitsalarmen zijn gedurende een periode van 15 seconden.
Waarschuwing! Start altijd het beademingsapparaat, selecteer de patiëntinstellingen, verzeker u van
de werking en sluit vervolgens de patiënt aan. Beadem de patiënt altijd handmatig
wanneer deze niet is aangesloten op het beademingsapparaat.

7. Een optie in het menu Start selecteren

Wanneer het beademingsapparaat wordt ingeschakeld, wordt het menu Start weergegeven waarin u
een juiste startconfiguratie voor de patiënt kunt kiezen. U kunt kiezen uit deze standaardinstellingen:
Volwassene
Kind
Masker CPAP -- continue positieve luchtwegdruk (Continuous Positive Airway Pressure, CPAP)
Aangepast -- de waarden die werden opgeslagen in een eerdere sessie
Laatste instellingen -- de waarden die werden ingesteld voor de laatste behandelde patiënt
voordat het beademingsapparaat werd UITgeschakeld
Opmerking: De gasflow bij het opstarten wordt gebruikt om de patiënt te detecteren als de
3-8
Afbeelding 3-6 Aan/uit-schakelaar
juiste procedures niet worden opgevolgd.
www.zoll.com
Aan/uit-schakelaar
9650-002363-16 Rev A

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Emv+Eagle iiAev

Inhoudsopgave