Het display voor de parkeerhulp op de
instrumentengroep kan voorzien zijn
van balken die "afstand tot het
obstakel" aangeven. Ook kan er infor-
matie over de positie van het obstakel
worden weergegeven. Naarmate het
object dichterbij komt, branden er
meer balkjes en verandert de kleur
van de balkjes van geel in geel in rood.
Wanneer eerst een obstakel achter de
auto wordt gedetecteerd, komt er een
geluidssignaal van achteren of trillen
beide zijden van de Safety Alert Seat
tweemaal. Wanneer een object zeer
dichtbij is (<0,6 m (2 ft) aan de achter-
kant van de auto of <0,3 m (1 ft) aan
de voorkant van de auto), klinken er
afhankelijk van waar het object zich
bevindt vijf pieptonen aan de voor- of
achterkant of trillen bij een stoel met
veiligheidswaarschuwing beide stoel-
zijden vijf keer. De pieptonen van de
parkeerhulp voor (FPA) hebben een
hogere toonhoogte dan die van de
parkeerhulp achter (RPA).
Waarschuwing bij achteruitrijden en
automatisch remmen bij achteruit
Auto's met adaptieve cruisecontrol
(ACC) beschikken over het waarschu-
wingssysteem bij achteruitrijden en
het automatisch remsysteem achteruit
(RAB). Het waarschuwingssysteem bij
achteruitrijden kan waarschuwen voor
objecten achter de auto als met meer
dan 8 km/h (5 mph) achteruit wordt
gereden.
Als een obstakel de eerste keer wordt
waargenomen, piept het waarschu-
wingssysteem voor achteruitrijden één
keer vanaf de achterkant, of trilt de
Safety Alert Seat tweemaal aan beide
zijden. Wanneer het systeem een
mogelijke botsing waarneemt, klinken
er vanaf de achterkant pieptonen, of
trilt de Safety Alert Seat vijf keer aan
beide zijden. Ook kan de auto kort,
krachtig remmen.
RIJDEN EN BEDIENEN
Waarschuwing
Het waarschuwingssysteem voor
achteruitrijden werkt alleen bij
snelheden van meer dan 8 km/u (5
mph). Het detecteert geen kinderen,
voetgangers, fietsers, dieren of
obstakels die zich onder bumper-
hoogte bevinden of die zich te dicht
bij of te ver van de auto bevinden.
In sommige situaties, zoals bij
sneller achteruitrijden, heeft het
remsysteem wellicht onvoldoende
tijd om kort, krachtig te remmen.
Om, ook met het waarschuwingssys-
teem voor achteruitrijden, lichame-
lijk of dodelijk letsel of autoschade
tegen te gaan, moet u altijd het
gebied rond de auto controleren en
in alle spiegels kijken, voordat u
achteruit rijdt.
Wanneer de auto op R (Achteruit)
staat, als het systeem waarneemt dat
de auto te snel achteruit rijdt om een
botsing met een gedetecteerd obstakel
achter uw auto op uw traject te
vermijden, remt deze mogelijk
automatisch krachtig om de nare
237