Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Stopaanpassingen - Danfoss VLT AutomationDrive FC 301 Programmeerhandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor VLT AutomationDrive FC 301:
Inhoudsopgave

Advertenties

Parameterbeschrijving
1-75 Startsnelh. [Hz]
Range:
Functie:
Size
[ 0 -
Deze parameter kan worden gebruikt voor
related
500.0
hijstoepassingen (schuifanker). Stel de
*
Hz]
startsnelheid van de motor in. Na het
startsignaal springt de uitgangssnelheid naar
de ingestelde waarde. Stel de startfunctie in
parameter 1-72 Startfunctie in op [3] Startsn.
rechtsom, [4] Horizontaal bedrijf of [5] VVC
Flux rechtsom en stel in
parameter 1-71 Startvertraging een startvertra-
gingstijd in.
1-76 Startstroom
Range:
Functie:
0
[ 0 -
Bij bepaalde motoren, bijvoorbeeld schuifanker-
A
par.
motoren, is extra stroom/startsnelheid nodig om de
*
1-24
rotor te deactiveren. Om deze boost te verkrijgen,
A]
moet u de vereiste stroom instellen in
parameter 1-76 Startstroom. Stel
parameter 1-74 Startsnelh.[TPM] in. Stel
parameter 1-72 Startfunctie in op [3] Startsn.
rechtsom of [4] Horizontaal bedrijf en stel in
parameter 1-71 Startvertraging een startvertra-
gingstijd in.
Deze parameter kan worden gebruikt voor hijstoe-
passingen (schuifanker).

3.2.11 1-8* Stopaanpassingen

1-80 Functie bij stop
Option:
Functie:
Selecteer de functie van de frequentiere-
gelaar na een stopcommando of wanneer
de frequentie is uitgelopen naar de instel-
lingen in parameter 1-81 Min. snelh. functie
bij stop [RPM].
[0]
Vrijloop
Laat de motor vrijlopen. De motor wordt
afgeschakeld van de frequentieregelaar.
*
[1]
DC-houd
Voorziet de motor van een DC-houdstroom
(zie parameter 2-00 DC-houdstroom).
[2]
Motorcontrole
Controleert of er een motor is aangesloten.
[3]
Voormagnetis.
Hiermee wordt een magnetisch veld
opgebouwd terwijl de motor stilstaat. Dit
stelt de motor in staat om snel een koppel
te genereren bij een volgend
startcommando (alleen asynchrone
motoren). Deze voormagnetiseringsfunctie
helpt niet bij het allereerste
startcommando.
MG33MM10
Programmeerhandleiding
1-80 Functie bij stop
Option:
+
/
[4]
DC-spann. U0
[5]
Coast at low
reference
[6]
Motorcontr,
alarm
1-81 Min. snelh. functie bij stop [RPM]
Range:
Size related
1-82 Min. snelh. voor functie bij stop [Hz]
Range:
Size related
Danfoss A/S © 08/2016 Alle rechten voorbehouden.
Functie:
Er zijn twee verschillende oplossingen
beschikbaar om de machine voor te
magnetiseren voor het eerste
startcommando.
1.
Start de frequentieregelaar met
een referentie van 0 tpm en
wacht 2-4 rotortijdconstanten
voordat u de toerentalreferentie
verhoogt.
2.
Stel parameter 1-71 Startvertraging
in op de gewenste voormagneti-
seringstijd (2-4
rotortijdconstanten – zie de
beschrijving van tijdconstanten
verderop in deze sectie).
3.
Stel parameter 1-72 Startfunctie in
op [0] DC-houd/vertr. tijd of [1]
DC-rem/vertr.-tijd.
4.
Zorg dat de sterkte van de DC-
houdstroom of DC-remstroom
(parameter 2-00 DC-houdstroom of
parameter 2-01 DC-remstroom)
gelijk is aan I_pre_mag = U
(1,73 x X
)
h
Voorbeelden van rotortijdconstanten =
(X
+X
) / (6,3 * Freq_nom * R
h
2
1 kW = 0,2 s
10 kW = 0,5 s
100 kW = 1,7 s
1000 kW = 2,5 s
Wanneer de motor is gestopt, definieert
parameter 1-55 U/f-karakteristiek - U [0] de
spanning bij 0 Hz.
Wanneer de referentie lager is dan de in
parameter 1-81 Min. snelh. functie bij stop
[RPM] ingestelde waarde, wordt de motor
afgeschakeld van de frequentieregelaar.
Functie:
[0 - 600
Stel het toerental in waarbij
*
RPM]
parameter 1-80 Functie bij stop moet
worden geactiveerd.
Functie:
[ 0 - 20.0
Stel de uitgangsfrequentie in waarbij
*
Hz]
parameter 1-80 Functie bij stop moet
worden geactiveerd.
3
3
/
nom
)
r
55

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Vlt automationdrive fc 302

Inhoudsopgave