Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Unit Configuration (Eenheidconfiguratie); Compatibiliteit (I) - Danfoss VLT AutomationDrive FC 301 Programmeerhandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor VLT AutomationDrive FC 301:
Inhoudsopgave

Advertenties

Parameterbeschrijving
30-22 Locked Rotor Protection
Option: Functie:
LET OP
Deze parameter is alleen beschikbaar voor de
FC 302.
Alleen beschikbaar voor PM-motoren, in de modus flux-
+
sensorvrij en in VVC
[0] Uit
[1] Aan Beschermt de motor tegen een situatie met geblok-
keerde rotor. Het besturingsalgoritme detecteert een
mogelijke situatie met geblokkeerde rotor in de motor
en schakelt de frequentieregelaar uit om de motor te
beschermen.
30-23 Locked Rotor Detection Time [s]
Range:
Functie:
Size related
[0.05 - 1 s] Tijdsduur voor het detecteren van een
*
situatie met geblokkeerde rotor. Een
lage parameterwaarde zorgt voor een
snellere detectie.
30-24 Locked Rotor Detection Speed Error [%]
Range:
25 %
[0 - 100 %]
*
30-25 Light Load Delay [s]
Gebruik deze parameter als de lichte-belastingdetectie actief is.
Voer de vertraging in voordat de frequentieregelaar de lichte-
belastingdetectie activeert wanneer het motortoerental de
referentie in parameter 30-27 Light Load Speed [%] heeft bereikt.
Range:
0.000 s
[0.000 - 10.000 s]
*
30-26 Light Load Current [%]
Gebruik deze parameter als de lichte-belastingdetectie actief is.
Voer de referentiestroom in, die wordt gebruikt om te bepalen of
de beweging van de lift geblokkeerd is en of de richting moet
worden gewijzigd. De waarde is een percentage van de nominale
motorstroom in parameter 1-24 Motorstroom.
Range:
0 %
[0 - 100 %]
*
30-27 Light Load Speed [%]
Gebruik deze parameter als de lichte-belastingdetectie actief is.
Voer de referentiesnelheid tijdens de lichte-belastingdetectie in.
De waarde is een percentage van het nominale motortoerental in
parameter 1-25 Nom. motorsnelheid. Bij standaard asynchrone
motoren wordt in plaats van parameter 1-25 Nom. motorsnelheid
het synchrone toerental gebruikt vanwege slip.
Range:
0 %
[0 - 100 %]
*
MG33MM10
Programmeerhandleiding
zonder terugkoppeling.
Functie:
Functie:
Functie:
Functie:
Danfoss A/S © 08/2016 Alle rechten voorbehouden.
3.20.4 30-5* Unit Configuration
(Eenheidconfiguratie)
Parameters in deze groep maken het mogelijk om de
werking te configureren van interne eenheden die met de
frequentieregelaar communiceren. De instellingen zijn van
invloed op het gedrag van hardwarecomponenten die in
de frequentieregelaar zijn geïnstalleerd.
30-50 Heat Sink Fan Mode
Option:
Functie:
LET OP
[0] Simple
Profile
Deze parameter is alleen beschikbaar in de
FC 302.
Selecteer hoe de ventilator van het koellichaam
reageert op bedrijfscondities. Gebruik
parameter 14-52 Ventilatorreg. om het minimale
ventilatortoerental te regelen.
Het eenvoudige profiel in een passieve ventilator-
besturing op basis van de temperatuurtoestand
van de frequentieregelaar. Deze optie vertegen-
woordigt de klassieke werking van ventilatoren.

3.20.5 30-8* Compatibiliteit (I)

30-80 Inductantie d-as (Ld)
Range:
Functie:
Size
[0.000 -
Stel de waarde voor de inductantie
related
1000.000 mH]
van de d-as in. Raadpleeg het
*
datablad voor de permanentmag-
neetmotor voor de juiste waarde. De
inductantie van de d-as kan niet
worden gevonden via een AMA.
30-81 Remweerstand (ohm)
Range:
Functie:
Stel de weerstandswaarde in Ω in. Deze
Size
[ 0.01 -
related
65535.00
waarde wordt gebruikt voor het
*
Ohm]
bewaken van het vermogen naar de
remweerstand in
parameter 2-13 Bewaking remvermogen.
Deze parameter is alleen actief bij
frequentieregelaars met een ingebouwde
dynamische rem.
30-83 Snelheids-PID, prop. versterking
Range:
Functie:
Size related
[0 - 1 ] Stel de proportionele versterking voor de
*
snelheidsregelaar in. Een hoge versterking
zorgt voor een snelle regeling. Als de
versterking echter te hoog is, kan het
proces instabiel worden.
3
3
207

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Vlt automationdrive fc 302

Inhoudsopgave