Parameterbeschrijving
3.6.5 5-5* Pulsingang
De pulsingangparameters worden gebruikt om een
geschikt raamwerk te definiëren voor de pulsreferenties
door de schaling en filterinstellingen voor de pulsingangen
3
3
in te stellen. Ingangsklem 29 of 33 werkt als frequentiere-
ferentie-ingang. Stel klem 29 (parameter 5-13 Klem 29
digitale ingang) of klem 33 (parameter 5-15 Klem 33 digitale
ingang) in op [32] Pulsingang. Als klem 29 wordt gebruikt
als ingang, moet u parameter 5-01 Klem 27 modus instellen
op [0] Ingang.
Afbeelding 3.38 Pulsingang
5-50 Klem 29 lage freq.
Range:
100
[0 -
Hz
110000 Hz]
*
5-51 Klem 29 hoge freq.
Range:
Size
[0 -
related
110000 Hz]
*
5-52 Klem 29 lage ref./terugk. waarde
Range:
0 ReferenceFeed-
backUnit
*
112
VLT
Functie:
Stel in parameter 5-52 Klem 29 lage ref./
terugk. waarde de lage begrenzing in voor
de frequentie die overeenkomt met het
lage toerental van de motoras (dat wil
zeggen de lage referentiewaarde). Zie
Afbeelding 3.38.
Functie:
Stel in parameter 5-53 Klem 29 hoge
ref./terugk. waarde de hoge begrenzing
in voor de frequentie die overeenkomt
met het hoge toerental van de motoras
(dat wil zeggen de hoge referentie-
waarde).
Functie:
[-999999.999 -
Voer de lage begrenzing
999999.999
voor de referentiewaarde in
ReferenceFeed-
voor het toerental van de
backUnit]
motoras [tpm]. Dit is tevens
de laagste terugkoppelings-
waarde; zie ook
parameter 5-57 Klem 33 lage
Danfoss A/S © 08/2016 Alle rechten voorbehouden.
®
AutomationDrive FC 301/302
5-52 Klem 29 lage ref./terugk. waarde
Range:
5-53 Klem 29 hoge ref./terugk. waarde
Range:
Size
related
999999.999
*
ReferenceFeed-
backUnit]
5-54 Pulsfilter tijdconstante nr. 29
Range:
100
[1 -
ms
1000 ms]
*
5-55 Klem 33 lage freq.
Range:
100
[0 - 110000
Hz
Hz]
*
5-56 Klem 33 hoge freq.
Range:
100
[0 - 110000
Hz
Hz]
*
Functie:
ref./terugk. waarde. Stel
klem 29 in als digitale
ingang
(parameter 5-02 Klem 29
modus = [0] Ingang
(standaard) en
parameter 5-13 Klem 29
digitale ingang = relevante
waarde).
Functie:
[-999999.999 -
Voer de hoge referentiewaarde
[tpm] voor het toerental van de
motoras en de hoge terugkoppe-
lingswaarde in; zie ook
parameter 5-58 Klem 33 hoge ref./
terugk. waarde. Stel klem 29 in als
digitale ingang
(parameter 5-02 Klem 29 modus =
[0] Ingang (standaard) en
parameter 5-13 Klem 29 digitale
ingang = relevante waarde).
Deze parameter is alleen
beschikbaar voor de FC 302.
Functie:
Stel de tijdconstante voor het pulsfilter in.
Het pulsfilter dempt oscillaties van het
terugkoppelingssignaal, wat een voordeel is
als er veel ruis in het systeem optreedt. Een
hoge waarde voor de tijdconstante zorgt
voor een betere demping maar verhoogt
ook de vertragingstijd door het filter.
Functie:
Stel in parameter 5-57 Klem 33 lage ref./
terugk. waarde de lage frequentie in die
overeenkomt met het lage toerental van
de motoras (dat wil zeggen de lage
referentiewaarde).
Functie:
Stel in parameter 5-58 Klem 33 hoge ref./
terugk. waarde de hoge frequentie in die
overeenkomt met het hoge toerental van
de motoras (dat wil zeggen de hoge
referentiewaarde).
MG33MM10