Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Danfoss VLT AutomationDrive FC 301 Programmeerhandleiding pagina 104

Verberg thumbnails Zie ook voor VLT AutomationDrive FC 301:
Inhoudsopgave

Advertenties

Parameterbeschrijving
[30]
Remfout (IGBT) De uitgang is logische 1 wanneer de rem-
3
3
[31]
Relais 123
[32]
Mech.
rembesturing
[33]
Veilige stop
actief (alleen
FC 302)
[35]
Ext. vergren-
deling
[40]
Buiten
ref.bereik
[41]
Onder ref, laag Actief wanneer het actuele toerental lager
[42]
Boven ref,
hoog
[43]
Uitgebr PID-
begr
[45]
Busbest.
[46]
Busbest, 1 bij
t-o
[47]
Busbest, 0 bij
t-o
[51]
MCO-gestuurd
[55]
Pulsuitgang
[60]
Comparator 0
102
®
VLT
AutomationDrive FC 301/302
IGBT is kortgesloten. Gebruik deze functie
om de frequentieregelaar te beschermen
wanneer er een fout optreedt in de
remmodules. Gebruik de uitgang/het relais
om de netvoeding van de frequentiere-
gelaar uit te schakelen.
Het relais wordt geactiveerd als [0]
Stuurwoord is geselecteerd in parame-
tergroep 8-** Comm. en opties.
Maakt het mogelijk een externe
mechanische rem te bedienen. Zie de
design guide van de frequentieregelaar
voor meer informatie over het gebruik van
mechanische rembesturing.
Geeft aan dat Safe Torque Off op klem 37
is geactiveerd.
Actief wanneer het actuele toerental
buiten de instellingen in
parameter 4-52 Waarschuwing snelheid laag
tot en met parameter 4-55 Waarsch:
referentie hoog ligt.
is dan de ingestelde toerentalreferentie.
Actief wanneer het actuele toerental
hoger is dan de ingestelde toerentalrefe-
rentie.
Bestuurt uitgang via bus. De status van de
uitgang wordt ingesteld in
parameter 5-90 Digitale & relaisbesturing
bus. Als er een bus time-out optreedt,
wordt de uitgangsstatus vastgehouden.
Bestuurt uitgang via bus. De status van de
uitgang wordt ingesteld in
parameter 5-90 Digitale & relaisbesturing
bus. Als er een bus time-out optreedt,
wordt de uitgangsstatus ingesteld op
hoog (aan).
Bestuurt uitgang via bus. De status van de
uitgang wordt ingesteld in
parameter 5-90 Digitale & relaisbesturing
bus. Als er een bus time-out optreedt,
wordt de uitgangsstatus ingesteld op laag
(uit).
®
Actief als er een VLT
Advance Cascade
®
Controller MCO 102 of een VLT
Control MCO 305 is aangesloten. De
uitgang wordt bestuurd via de optie.
Zie parametergroep 13-1* Comparatoren.
De uitgang wordt hoog als comparator 0
Danfoss A/S © 08/2016 Alle rechten voorbehouden.
[61]
Comparator 1
[62]
Comparator 2
[63]
Comparator 3
[64]
Comparator 4
[65]
Comparator 5
[70]
Log. regel 0
[71]
Log. regel 1
[72]
Log. regel 2
[73]
Log. regel 3
[74]
Log. regel 4
[75]
Log. regel 5
[80]
SL dig. uitgang
A
Motion
[81]
SL dig. uitgang
B
als TRUE wordt geëvalueerd. In andere
gevallen is hij laag.
Zie parametergroep 13-1* Comparatoren.
De uitgang wordt hoog als Comparator 1
als TRUE wordt geëvalueerd. In andere
gevallen is hij laag.
Zie parametergroep 13-1* Comparatoren.
De uitgang wordt hoog als comparator 2
als TRUE wordt geëvalueerd. In andere
gevallen is hij laag.
Zie parametergroep 13-1* Comparatoren.
De uitgang wordt hoog als comparator 3
als TRUE wordt geëvalueerd. In andere
gevallen is hij laag.
Zie parametergroep 13-1* Comparatoren.
De uitgang wordt hoog als comparator 4
als TRUE wordt geëvalueerd. In andere
gevallen is hij laag.
Zie parametergroep 13-1* Comparatoren.
De uitgang wordt hoog als comparator 5
als TRUE wordt geëvalueerd. In andere
gevallen is hij laag.
Zie parametergroep 13-4* Log. regels. De
uitgang wordt hoog als Log. regel 0 als
TRUE wordt geëvalueerd. In andere
gevallen is hij laag.
Zie parametergroep 13-4* Log. regels. De
uitgang wordt hoog als logische regel 1
als TRUE wordt geëvalueerd. In andere
gevallen is hij laag.
Zie parametergroep 13-4* Log. regels. De
uitgang wordt hoog als logische regel 2
als TRUE wordt geëvalueerd. In andere
gevallen is hij laag.
Zie parametergroep 13-4* Log. regels. De
uitgang wordt hoog als logische regel 3
als TRUE wordt geëvalueerd. In andere
gevallen is hij laag.
Zie parametergroep 13-4* Log. regels. De
uitgang wordt hoog als logische regel 4
als TRUE wordt geëvalueerd. In andere
gevallen is hij laag.
Zie parametergroep 13-4* Log. regels. De
uitgang wordt hoog als logische regel 5
als TRUE wordt geëvalueerd. In andere
gevallen is hij laag.
Zie parameter 13-52 SL-controlleractie. De
uitgang wordt hoog wanneer SL-control-
leractie [38] Dig. uitgang A hoog wordt
uitgevoerd. De uitgang wordt laag
wanneer SL-controlleractie [32] Dig.
uitgang A laag wordt uitgevoerd.
Zie parameter 13-52 SL-controlleractie. De
uitgang wordt hoog wanneer SL-control-
leractie [39] Dig. uitgang B hoog wordt
uitgevoerd. De uitgang wordt laag
MG33MM10

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Vlt automationdrive fc 302

Inhoudsopgave