Seriële interfaces van de MOVIDRIVE
4
Overige apparaatfuncties via de RS485-interfaces
Controle van de
verbinding
30
AANWIJZING
P811 RS485 group address moet bij de master en de slave op dezelfde waarde worden
ingesteld. Bij het master-slavebedrijf via de RS485-interface P811 RS485 group
address op een waarde groter dan 100 instellen. Als het gebruik van slave-setpoints
via RS485 via parameter P750 Slave setpoint ingesteld is, kan MOVIDRIVE
RS485-interface niet meer als slave antwoorden op aanvragen (proces- en parameter-
telegrammen) van een andere RS485-master (P100/101 ≠ RS485).
Bij een communicatieverbinding via de RS485-interface is altijd een controle van de
verbinding actief. P812 RS485 timeout interval heeft geen functie. Binnen het vaste
tijdsinterval van t = 500 ms moeten de slave-regelaars een geldig RS485-telegram ont-
vangen. Als deze tijd wordt overschreden, worden de slave-aandrijvingen met de fout-
melding F43 "RS485 timeout" langs de noodstopintegrator gestopt.
VOORZICHTIG!
Als een time-out niet herkend wordt, draait de aandrijving ondanks de losgekoppelde
besturing verder.
Mogelijke gevolgen: materiële schade aan de installatie.
Slechts één van beide RS485-interfaces mag gebruikt worden als deze op time-out
bewaakt moet worden.
Aangezien de RS485-time-out voor allebei de RS485-interfaces samen actief is, wordt
de time-outbewaking voor de tweede interface niet actief als het programmeerapparaat
DBG60B aangesloten is. De DBG60B stuurt continu request-telegrammen naar de
regelaar en activeert zo het time-outmechanisme.
Handboek – MOVIDRIVE
®
B
®
MDX60B/61B Communicatie en veldbusapparaatprofiel
®
via deze