Advertenties
Werkingsprincipe
17.8
De maximale luchtwegdruk koppelen aan de bovenste
alarmgrens – Pmax/Paw hoog autoset
Als de functie Pmax/Paw hoog autoset is geactiveerd, wordt de drukbegrenzing
gekoppeld aan de bovenste alarmgrens voor de luchtwegdruk. De therapie-
instelling Pmax wordt op de therapiebalk weergegeven.
Als de functie Pmax/Paw hoog autoset is gedeactiveerd, wordt de maximum
luchtwegdruk beperkt tot 5 mbar (of hPa of cmH
alarmgrens Paw.
De functie Pmax/Paw hoog autoset kan worden geconfigureerd (zie "De
algemene instellingen selecteren", pagina 205).
17.9
Flowreductie – Anti-air shower
Als de Anti-air showerfunctie geactiveerd is en tijdens de beademing een
disconnectie gedetecteerd wordt, wordt de flow gereduceerd totdat gedetecteerd
wordt dat deze weer is aangesloten. De overeenkomstige informatie wordt
weergegeven in het curveveld Flow. Tegelijkertijd verschijnt het alarm
Disconnectie gedetecteerd. Voor non-invasieve beademing kan de tijd voordat
het alarm wordt geactiveerd worden vertraagd door de disconnectie-alarmtijd
Tdiscon in te stellen. Het minuutvolume kan worden gereduceerd door de reeds
gereduceerde flow.
De functie Anti-air shower kan worden geconfigureerd (zie "De algemene
instellingen selecteren", pagina 205).
17.10
Metingen
17.10.1
Flow/volume-metingen
Onafhankelijk van het feit of de beademing druk- of volumegecontroleerd is, wordt
er tijdens de inspiratiefase in zowel het beademingscircuit als in de longen van de
patiënt positieve druk gegenereerd. Het door het beademingsapparaat geleverde
volume wordt verdeeld over de longen van de patiënt en het beademingscircuit dat
tussen de patiënt en het apparaat wordt gebruikt. Deze verdeling vindt plaats op
basis van de verhouding van de longcompliantie versus de compliantie van het
beademingscircuit.
Resulterende expiratoire afwijkingen van de meetwaarden van de flow en de
afgeleide waarden van het minuutvolume en het teugvolume zijn minimaal tijdens
beademing in de patiëntcategorie Volwassen. Dit komt door de relatief hoge
longcompliantie in vergelijking met de aanzienlijk lagere compliantie van de
beademingsslangen. Significante verschillen zijn mogelijk tijdens beademing in de
patiëntcategorieën Pediatrische patiënt en Neonaat. Omdat alleen het volume dat
de longen feitelijk bereikt en verlaat relevant is voor de efficiëntie van de
beademing, compenseert het apparaat altijd het effect van de compliantie van het
beademingscircuit op de beademing.
348
O) onder de ingestelde
2
|
Gebruiksaanwijzing
Evita V800 / V600 SW 2.n
Advertenties
