Werkingsprincipe
Intrinsieke PEEP – PEEPi
De intrinsieke PEEP is de werkelijke eind-expiratiedruk in de longen. Door
dynamische invloeden van de longmechanica (weerstand, compliantie en
ingesloten volume) en de parameters van de beademingsinstelling kan de
intrinsieke PEEP verschillen van de PEEP in de bovenste luchtwegen.
Deze meetmanoeuvre meet ook het in de longen "gevangen" volume Vtrap dat niet
deelneemt aan de gasuitwisseling.
De intrinsieke PEEP wordt in twee fases gemeten. Het apparaat houdt de
inspiratie- en expiratieventielen gesloten tijdens meetinterval 1. Hierdoor kan er
geen inspiratiegas naar het beademingscircuit stromen of eruit ontsnappen. Tijdens
deze gesloten fase wordt de druk tussen de longen en het beademingscircuit
vereffend. Het apparaat meet de druk na verloop van tijd.
Meetinterval 1 wordt beëindigd:
– als er geen verdere drukveranderingen meer worden gedetecteerd, maar op zijn
vroegst na 0,5 seconde
– na niet meer dan 3 seconden in de patiëntcategorie Volwassen en na
1,5 seconden in de patiëntcategorie Pediatrische patiënt
De startwaarde komt overeen met de PEEP en de waarde aan het eind van de
gesloten fase is de intrinsieke PEEP. Aan het einde van meetinterval 1 opent het
apparaat het expiratieventiel en meet de expiratoire flow die door de intrinsieke
PEEP wordt gegenereerd tijdens meetinterval 2. Gedurende deze periode mag de
longdruk dalen naar het PEEP-niveau.
Meetinterval 2 wordt beëindigd:
– als de expiratoire flow is teruggekeerd naar 0, maar op zijn vroegst na
0,5 seconde
– na niet meer dan 7 seconden in de patiëntcategorie Volwassen en na
3,5 seconden in de patiëntcategorie Pediatrische patiënt
De geïntegreerde flow komt overeen met het Vtrap luchtvolume dat in de longen
ingesloten zit door de intrinsieke PEEP.
340
Paw
PEEP
Flow
PEEPi
Vtrap
|
Gebruiksaanwijzing
Evita V800 / V600 SW 2.n