Bediening
2. Plaats de geselecteerde cursor op een geïdentificeerd punt met behulp van de
draaiknop.
✓ De volgende waarden worden in het informatieveld (4) weergegeven:
De bijbehorende meetwaarden voor de parameters Paw en VTi worden
weergegeven. De statische compliantie tussen 2 waarden wordt berekend en
weergegeven. De weergegeven waarde van Cstat is de statische compliantie
tijdens de gehele beademing. De weergegeven waarde van Cstat (B - A) is de
statische compliantie tussen de ingestelde cursorposities.
De meetwaarden zijn voor lekkage gecompenseerd.
Referentieloops weergeven
De actuele loop kan worden vergeleken met de meetwaarden van vorige
manoeuvres. Het apparaat slaat resultaten van maximaal 10 manoeuvres op. In de
lijst (5) wordt de beademingsmodus met de instellingen voor de parameters PEEP
en Pinsp of VT weergegeven, die bij het starten van de manoeuvre is toegepast.
Referentieloops kunnen niet worden gemeten met de cursor.
● Selecteer de vereiste referentieloop uit de lijst (5).
Instellingen optimaliseren
Afhankelijk van de ingestelde beademingsmodus worden de therapie-instellingen
PEEP of Plaag (6) en Pinsp of Phoog of VT (7) weergegeven en kunnen in het
geopende dialoogvenster Analyse worden aangepast.
● Tik de therapie-instellingen aan, stel de waarde in en bevestig.
Tijdens het instellen wordt een bijbehorende lijn getoond in de PV-loop, zodat de
instellingen eenvoudiger kunnen worden geoptimaliseerd.
Meer informatie
Meer informatie over de identificatie van karakteristieke punten (zie "Low-flow-PV-
loop", pagina 337).
142
|
Gebruiksaanwijzing
Evita V800 / V600 SW 2.n