12.8.2
De startwaarden voor de alarmgrenzen instellen
Gebruikers kunnen geen interne alarmgrenzen voor het apparaat instellen (zie
"Automatische alarmgrenzen", pagina 288).
Dialoogvenster Systeemconfiguratie > Startinstellingen > Alarmgrenzen
Het gebruikerswachtwoord moet worden ingevoerd.
Omschrijving
Fabrieksinstellingen
De alarmgrenzen met instelbereik en fabrieksinstellingen worden in de volgende
tabel vermeld:
Alarmgrens
MV
MV-vertrag
VT
Paw
RR
Tapn
etCO
1) Bij het therapietype NIV of de patiëntcategorie Neonaat
|
Gebruiksaanwijzing
Beschrijving
De startwaarden voor de alarmgrenzen kunnen worden
aangepast. De instellingen worden van kracht met de
opname van een nieuwe patiënt. De meetwaarden wor-
den weergegeven op de regel Huidige waarde.
Als de fabrieksinstellingen worden geselecteerd, worden
andere startinstellingen en de instellingen in het dialoog-
venster Alarmen gereset naar de fabrieksinstellingen.
Deacti-
veerbaar
–
1)
X
–
–
X
X
–
X
–
X
2
–
Evita V800 / V600 SW 2.n
Instelbereik
1 tot 100 %
1 tot 100 %
0 tot 30 seconden
0 tot 30 seconden
1 tot 100 %
1 tot 100 %
7 tot 105 mbar (of hPa
of cmH
O)
2
1 tot 100 %
5 tot 60 seconden
0,1 tot 15,8 Vol%
1 tot 120 mmHg
0,1 tot 16 kPa
0 tot 13,0 Vol%
0 tot 97 mmHg
0 tot 13,2 kPa
Configuratie
Fabrieksinstellingen
(VT x RR) +50 %
(VT x RR) –50 %
20 seconden
20 seconden
VT +50 %
VT –30 %
34 mbar (of hPa of
cmH
O)
2
RR +70 %
15 seconden
8,0 Vol%
60 mmHg
8,0 kPa
4,0 Vol%
30 mmHg
4,0 kPa
207