16.3
Prestatiekenmerken (vervolg)
Toevoersysteem voor spontane ademhaling
en Psupp
Inspiratoire flow
Inspiratoire flow voor pediatrische patiënten
(indien proximale flowmeting wordt gebruikt, is
het meetbereik beperkt, zie hoofdstuk over
weergegeven flowwaarden)
Inspiratoire flow voor neonaten
Basisflow, neonaten
Basisflow tijdens actieve pneumatische verne-
veling, neonaten
Basisflow na aanpassing van de O
gen, neonaten
Basisflow, pediatrische patiënten
Basisflow tijdens actieve pneumatische verne-
veling, pediatrische patiënten
Basisflow na aanpassing van de O
met geactiveerde flowbewaking en een proxi-
male flowsensor, pediatrische patiënten
Basisflow, volwassenen
Inspiratieweerstand in geval van apparaat-
storing
Volwassenen
Pediatrische patiënten
Neonaten
Systeemweerstand in geval van apparaat-
storing
Expiratieweerstand in geval van apparaat-
storing
|
Gebruiksaanwijzing
-instellin-
2
-instellingen
2
Evita V800 / V600 SW 2.n
Adaptief CPAP-systeem met hoge beginflow
Max. 180 L/min, BTPS
Max. 60 L/min, BTPS
Max. 30 L/min, BTPS + basisflow
6 L/min
9 L/min
Max. 15 L/min
3 L/min
9 L/min
15 L/min
2 L/min
Is bepaald met de accessoires dat dit in combi-
natie het worstcasescenario oplevert
<6 mbar bij 30 L/min
<6 hPa bij 30 L/min
<6 cmH
O bij 30 L/min
2
<6 mbar bij 15 L/min
<6 hPa bij 15 L/min
<6 cmH
O bij 15 L/min
2
<1,5 mbar bij 2,5 L/min
<1,5 hPa bij 2,5 L/min
<1,5 cmH
O bij 2,5 L/min
2
Als de proximale flowsensor met filter, HME,
beademingsaansluiting en CO
gecombineerd, kan de weerstand van het sys-
teem groter zijn dan 6 mbar (of hPa of cmH
als er een apparaatstoring is en een flow van
15 L/min.
Is bepaald met de accessoires dat dit in combi-
natie het worstcasescenario oplevert
Technische gegevens
-cuvette wordt
2
O)
2
271