Alarmmelding
Drukbegrensd
Luchtwegdruk laag
16.10.2
Bewaking van het ademteugvolume
Het expiratoire minuutvolume MVe wordt in de patiëntcategorieën Pediatrische
patiënt en Volwassen bewaakt en tijdens invasieve beademing in de
patiëntcategorie Neonaat binnen de ingestelde alarmgrenzen.
Het teugvolume VT wordt bewaakt binnen de ingestelde alarmgrenzen. Wanneer
lekkagecompensatie wordt uitgeschakeld, wordt dit bereikt door de waarde VTi in
de patiëntcategorieën Pediatrische patiënt en Volwassen en de waarde VTe in
de patiëntcategorie Neonaat te bewaken. Als lekkagecompensatie is geactiveerd,
wordt de ingestelde waarde VT gewoonlijk gebruikt.
Omdat het apparaat het minimale inspiratoir teugvolume garandeert als de
volumegecontroleerde beademingsmodi of drukgecontroleerde beademingsmodi
met volumegarantie/AutoFlow is geselecteerd, hoeft de onderste alarmgrens voor
de parameters VTi, VT of VTe niet handmatig te worden ingesteld. De onderste
alarmgrens VT is ingesteld op 90 % van de ingestelde waarde.
Alarmmelding
Teugvolume niet bereikt,
lekkage
Teugvolume niet bereikt
Teugvolume niet bereikt,
Pmax actief
Teugvolume niet bereikt,
druk begrensd
Minuutvolume hoog
|
Gebruiksaanwijzing
Omschrijving/detectie
De bovenste drukgrens wordt bewaakt om te detecteren of de grens
wordt bereikt wanneer de functie ATC of de beademingsmodus SPN-
PPS wordt gebruikt.
Als de bovenste alarmgrens Paw kan worden afgesteld, wordt de
alarmgrens van deze waarde afgeleid en ligt binnen het bereik van
Paw – 5 mbar (of hPa of cmH
H
O), afhankelijk van hoe dicht de bovenste alarmgrens Paw bij de
2
huidig toegepaste beademing komt.
Als de functie Pmax/Paw hoog autoset wordt geactiveerd, komt de
drukgrens overeen met de waarde van de therapie-instelling Pmax.
Als de drukgrens gedurende 5 opeenvolgende beademingen wordt
bereikt, wordt een alarm gegenereerd.
Een ontoereikende luchtwegdruk wordt bewaakt door te controleren of
de integrale onderschrijding van de gemeten drukniveaus van het
onderste drukniveau groter is dan 22,5 mbar x s (of hPa x s of cm-
H
O).
2
Omschrijving/detectie
Bij volumegecontroleerde opgelegde beademingen wordt bewaakt of
het ingestelde volume is bereikt. De alarmgrens is ingesteld op 90 %
van de ingestelde waarde voor VT.
Als het teugvolume niet wordt bereikt gedurende 5 opeenvolgende
beademingen, wordt een alarm gegenereerd.
Tijdens beademing met AutoFlow of volumegarantie worden opge-
legde beademingen bewaakt om te zien of deze het toe te passen
volume bereiken als de toegepaste beademingsdruk niet verder auto-
matisch kan worden verhoogd (Pmax/Paw hoog autoset).
De alarmgrens is ingesteld op 90 % van de ingestelde waarde voor
VT. Als het teugvolume gedurende 5 opeenvolgende beademingen
niet wordt bereikt, wordt een alarm gegenereerd. Zie voor aanvul-
lende informatie: "De algemene instellingen selecteren", pagina 205.
Het alarm wordt in de volgende gevallen niet gegenereerd:
– Tijdens en 2 minuten na de low-flow-PV-loop-manoeuvre
Evita V800 / V600 SW 2.n
Technische gegevens
O) tot Paw – 1 mbar (of hPa of cm-
2
289