Inhoudsopgave
Advertenties
Bediening
Er wordt slechts één gewichtsmeting per dag opgeslagen in de grafische
weergave en de tabelweergave. Alleen de laatste gemeten waarde wordt
opgeslagen.
7.9.2
Wegen
Dit hoofdstuk beschrijft hoe u de patiënt in het apparaat moet wegen.
Vereisten:
– Het apparaat is in bedrijf.
– De blokkeerremmen zijn ingeschakeld.
– Er is een matras in de wieg geplaatst.
– De patiënt ligt in het midden van het matras.
WAARSCHUWING
Risico vanwege meetfout of meetonnauwkeurigheid
Als het gewicht wordt beïnvloed door slangen of kabels, of als de wieg tijdens het
wegen wordt aangeraakt, kunnen er meetfouten of onnauwkeurigheden ontstaan.
Dit kan leiden tot onjuiste therapiebeslissingen.
► Zorg ervoor dat kabels en slangen goed worden geleid en geen foutief
weegresultaat veroorzaken.
► Raak de wieg niet aan en leun niet op de wieg tijdens het wegen of instellen op
nul.
► Als een weegresultaat ongeloofwaardig lijkt, controleert u dit met een bekende
weegwaarde.
► Controleer therapeutische beslissingen die op het gewicht van de patiënt zijn
gebaseerd goed door een referentiemeting uit te voeren met behulp van een
externe weegschaal.
WAARSCHUWING
Meetfout vanwege onjuiste instelling op nul
Als er geen nulgewicht is bepaald voordat u gaat wegen, kunnen zich meetfouten
voordoen.
► Stel de weegschaal in op nul vóór elk weegproces.
Procedure:
1. Tik op de toets Weegschaal (1) in de hoofdmenubalk.
Het dialoogvenster Weegschaal wordt weergegeven.
2. Ga als volgt te werk om de weegschaal in te stellen op nul:
– Houd zoveel mogelijk slangen en kabels die naar de patiënt leiden uit de
Zo voorkomt u dat slangen en kabels een foutieve gewichtsmeting
118
wieg.
veroorzaken.
|
Gebruiksaanwijzing
Babyroo TN300 SW 1.1n
Advertenties
Inhoudsopgave
