Veiligheidsgerelateerde informatie
De reanimatiemodule meet en toont continu de luchtwegdruk tijdens de
beademing. Deze meet en toont ook continu de subatmosferische druk tijdens
de zuigwerking. Als de optionele gasmixer is geïnstalleerd, gaat er een alarm af
wanneer de gasdruk van de medische perslucht of zuurstof laag is.
– Optionele regeling van de matrastemperatuur
De gemeten matrastemperatuur wordt vergeleken met de ingestelde waarde en
wordt overeenkomstig aangepast, of er wordt een alarm geactiveerd.
– Bewaking van optionele pulsoximetrie (SpO
Er worden metingen weergegeven van de SpO
verkregen via aangesloten sensoren. De grenzen van de gemeten waarden
worden bewaakt en als deze worden overschreden, gaat er een alarm af.
Het product is voorzien van basisveiligheidssystemen om de kans op lichamelijk
letsel bij de patiënt te verminderen voordat de omstandigheid die de oorzaak is van
het alarm is opgelost.
2.6
Vereisten m.b.t. de gebruikersgroep
Met de term "gebruikersgroep" wordt het verantwoordelijke personeel beschreven
dat door de gebruikersorganisatie is aangewezen om een specifieke taak met een
product uit te voeren.
2.6.1
Verplichtingen van de gebruikerorganisatie
De instelling dient toe te zien op het volgende:
– Elke gebruikersgroep beschikt over de vereiste kwalificaties (bijv. speciale
opleiding of speciale kennis die is opgedaan door ervaring).
– Elke gebruikersgroep is opgeleid om de taak te kunnen uitvoeren.
– Elke gebruikersgroep heeft de relevante hoofdstukken in dit document gelezen
en begrepen.
2.6.2
Gebruikersgroepen
Klinische gebruikers
Deze gebruikersgroep gebruikt het product overeenkomstig het beoogde gebruik.
Gebruikers hebben gespecialiseerde medische kennis op het gebied van
neonatologie. Gebruikers hebben kennis van apparaatbewaking en neonatale zorg.
Personeel verantwoordelijk voor het klaarmaken voor hergebruik
Deze gebruikersgroep voert de nodige activiteiten uit om het product klaar te
maken voor hergebruik.
Het personeel verantwoordelijk voor het klaarmaken voor hergebruik heeft
specialistische kennis op het gebied van het hergebruiken van medische
hulpmiddelen.
10
)
2
en polsfrequentie die zijn
2
|
Gebruiksaanwijzing
Babyroo TN300 SW 1.1n