Download Print deze pagina

Hyundai i10 2021 Instructieboekje pagina 84

Advertenties

Veiligheidssysteem
SRS
Het waarschuwingslampje AIRBAG op
het dashboard geeft het in de afbeel-
ding weergegeven symbool voor de air-
bag weer. Het systeem controleert het
elektrische systeem van de airbag op
storingen. Het branden van dit lampje
duidt op een mogelijk probleem met het
airbagsysteem, inclusief de zijairbags
en/of curtain airbags die gebruikt wor-
den om u bij het over de kop slaan te
beschermen (als de auto is voorzien
van een rolloversensor).
WAARSCHUWING
Bij een storing in het aanvullend vei-
ligheidssysteem wordt de airbag bij
een ongeval mogelijk niet correct
opgeblazen. Hierdoor neemt de kans
op ernstig letsel toe.
Als een van de volgende omstandig-
heden zich voordoet, is er sprake
van een storing in het aanvullend
veiligheidssysteem:
De lamp brandt gedurende zes
seconden niet als de sleutel in de
ON positie geplaatst wordt.
Het lampje gaat niet na ongeveer 6
seconden uit, maar blijft branden.
Het lampje gaat branden tijdens
het rijden.
Het lampje knippert als de motor
draait.
Wij adviseren u om een officiële
HYUNDAI-dealer zo spoedig moge-
lijk het SRS te laten inspecteren als
het volgende zich voordoet.
3-48
Tijdens een frontale botsing zullen sen-
soren vertraging van de auto detecte-
ren. Als deze deceleratie groot genoeg
is, zal de regelmodule de airbags vóór
activeren op het juiste tijdstip en met de
benodigde kracht.
De voorste airbags helpen bij het
beschermen van de bestuurder en de
passagier voor in het voertuig door te
reageren op een frontale impact waar-
bij de veiligheidsgordels niet kunnen
zorgen voor voldoende weerstand.
Indien nodig bieden de zijairbags extra
bescherming bij een zijdelingse aanrij-
ding of het over de kop slaan van de
auto door het bovenlichaam extra te
ondersteunen.
De airbags kunnen alleen worden
geactiveerd als het contact in stand
ON staat.
Airbags ontplooien in het geval van
een zware frontale of zijaanrijding om
de inzittenden te beschermen tegen
(ernstig) fysiek letsel.
Of de airbags worden geactiveerd,
hangt voornamelijk af van de kracht
en de richting van de aanrijding. Deze
twee factoren bepalen of de senso-
ren een elektronisch activeringssig-
naal uitzenden.
De airbags vóór worden direct volle-
dig opgeblazen, waarna ze meteen
weer leeglopen. Het is vrijwel onmo-
gelijk om tijdens een ongeval waar te
nemen dat de airbags opgeblazen
worden. Het is aannemelijker dat u
de leeggelopen airbags na de aanrij-
ding uit het stuurwiel of het dash-
board ziet hangen.
Naast het opblazen tijdens een ern-
stige aanrijding van opzij worden bij
auto's met een rolloversensor de zij-
airbags en/of de curtain airbags
opgeblazen als deze sensor het over
de kop slaan van de auto detecteert.

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

I10 2020