13.5.3
Gereedschap meten
U heeft de mogelijkheid om de gereedschapscorrectiegegevens voor afzonderlijke
gereedschappen rechtstreeks uit de gereedschapslijst te meten.
Opmerking
Meten van het gereedschap is alleen mogelijk met actief gereedschap.
Procedure
13.5.4
Meerdere snijkanten beheren
Bij gereedschappen met meerdere snijkanten heeft u voor elke snijkant een eigen
correctierecord. Hoeveel snijkanten u kunt aanmaken, is afhankelijk van wat er in de
besturing is geconfigureerd.
Snijkanten van een gereedschap die niet nodig zijn, kunnen worden gewist.
Procedure
Frezen
Bedieningshandboek, 02/2012, 6FC5398-7CP40-3JA0
1.
De gereedschapslijst is geopend.
2.
Selecteer in de gereedschapslijst het gereedschap dat u wilt meten en
druk op de softkey "Gereedschap meten".
Het systeem schakelt over naar bedieningsbereik "JOG" en het
gereedschap dat moet worden gemeten wordt in het venster "Lengte
manueel" in het veld "T" ingevoerd.
3.
Selecteer het snijkantnummer D en het nummer van het
zustergereedschap ST van het gereedschap.
4.
Verplaats in Z-richting tot tegen het werkstuk, kras het aan met
draaiende spil en voer de doelpositie Z0 van de werkstukzijde in.
5.
Druk op de softkey "Lengte instellen".
De gereedschapslengte wordt automatisch berekend en in de
gereedschapslijst ingevoerd.
1.
De gereedschapslijst is geopend.
2.
Plaats de cursor op het gereedschap waarvoor u meerdere snijkanten
wilt genereren.
Gereedschappen beheren
13.5 Werktuiglijst
549