4. Wanneer de tap in één vlak is vrij geruimd, verlaat het gereedschap de contour in
5. De tap wordt opnieuw in kwadrant aangelopen en contourparallel van buiten naar binnen
6. Stappen 4 en 5 worden zolang herhaald tot de volledige tapdiepte is bereikt.
7. Het gereedschap wordt met ijlgang naar de veiligheidsafstand teruggetrokken.
Procedure
Parameters G-codeprogramma
PRG
Naam voor het te genereren programma
PL
Bewerkingsvlak
Freesrichting
•
•
RP
Terugtrekvlak
SC
Veiligheidsafstand
F
Voeding
Parameters
Beschrijving
Bewerking
De volgende technologische bewerkingen kunnen worden geselecteerd:
∇ (voorbewerken)
•
∇∇∇ bodem (Nabewerken aan bodem)
•
∇∇∇ Rand (Nabewerken aan de rand)
•
Afschuinen
•
Z0
Referentiepunt in de gereedschapsas Z
Z1
Kamerdiepte (abs) of diepte m.b.t. Z0 (incr.)
- (alleen bij ∇, ∇∇∇ bodem of ∇∇∇ rand)
Frezen
Bedieningshandboek, 02/2012, 6FC5398-7CP40-3JA0
kwadrant en het wordt aangezet op de volgende bewerkingsdiepte.
vrij geruimd.
1.
Het deelprogramma of ShopMill-programma dat moet worden bewerkt,
is gegenereerd en u bevindt zich in de editor.
2.
Druk de softkeys "Contourfrezen" en "Tap" in.
Het invoervenster "Tap frezen" wordt geopend.
3.
Selecteer bewerkingswijze "Voorbewerken".
meelopend
tegenlopend
mm
mm
mm/min
Technologische functies programmeren (cycli)
Parameters ShopMill-programma
T
Gereedschapsnaam
D
Snijkantnummer
F
Voeding
S / V
Spiltoerental of constante
snijsnelheid
8.3 Contourfrezen
mm/min
mm/tand
Omw/min
m/min
Eenheid
mm
mm
391