8.5.8
Verspanen rest (CYLCE952)
Functie
Met de functie "Verspanen rest" kunt u materiaal bewerken dat bij het verspanen tegen de
contour is blijven staan.
Bij het verspanen tegen de contour detecteert de cyclus automatisch eventueel aanwezig
restmateriaal en genereert een geactualiseerde contour basismateriaal. Bij G-
codeprogramma's moet bij Verspanen restmateriaal "ja" worden geprogrammeerd. Materiaal
dat voor de nabewerkingstoegift blijft staan, is geen restmateriaal. Met de functie "Verspanen
rest" kunt u overtollig materiaal met geschikt gereedschap bewerken.
De functie "Verspanen rest" is een software-optie.
Procedure
Parameters G-codeprogramma
PRG
Naam van het te genereren programma
PL
Bewerkingsvlak
RP
Terugtrekvlak - (alleen bij
bewerkingsrichting in lengte,
binnen)
SC
Veiligheidsafstand
F
Voeding
CON
Naam van de geactualiseerde contour
basismateriaal voor restbewerking (zonder het
toegevoegde teken "_C" en het getal met twee
cijfers).
Restmate
Met erop volgende restmateriaalbewerking
riaal
ja
•
nee
•
CONR
Naam voor het opslaan van de
geactualiseerde contour basismateriaal voor
de restmateriaalbewerking - (alleen bij
restmateriaalbewerking "ja")
Frezen
Bedieningshandboek, 02/2012, 6FC5398-7CP40-3JA0
1.
Het deelprogramma dat moet worden bewerkt, is gegenereerd en u
bevindt zich in de editor.
2.
Druk de softkeys "Draaien" en "Contourdraaien" in.
3.
Druk op de softkey "Verspanen rest".
Het invoervenster "Verspanen restmateriaal" wordt geopend.
mm
mm
*
Technologische functies programmeren (cycli)
8.5 Contourdraaien - alleen bij G-code programma's
439