12
De beknopte informatie
ATTENTIE!
•
Stel het stuurwiel zo af dat de afstand tussen het stuurwiel en het borst-
been minstens 25 cm bedraagt
afstand niet wordt aangehouden, kan het airbagsysteem u niet beschermen
- levensgevaar!
•
Het stuurwiel mag nooit tijdens de rit worden versteld!
•
Om veiligheidsredenen moet de hendel altijd vast naar boven zijn
gedrukt zodat de stand van het stuurwiel onder het rijden niet onbedoeld
kan wijzigen - kans op ongevallen!
Gordelhoogte-instelling
– Schuif de doorvoerplaat in de gewenste richting naar boven of naar
⇒ afb.
beneden
5.
– Controleer na de instelling door met een ruk aan de gordel te trekken
of de doorvoerplaat correct is geborgd.
Zie voor verdere aanwijzingen ⇒ bladzijde 173, 'Gordelhoogte-instelling'.
⇒ bladzijde 11, afb.
4. Als deze minimale
Afb. 5 Voorstoel: Gordel-
hoogte-instelling
ATTENTIE!
Stel de hoogte van de gordel zo in, dat de schoudergordel ongeveer over het
midden van de schouder - maar in geen geval langs de hals - loopt!
Voorstoel instellen
A
Stoel in lengterichting instellen
1
A
Zittinghoogte instellen
2
A
Hoek van de rugleuning instellen
3
A
Lendensteun instellen
4
Zie voor verdere aanwijzingen ⇒ bladzijde 80, 'Voorstoelen instellen'.
ATTENTIE!
Stel de bestuurdersstoel alleen bij stilstaande auto in - kans op
ongevallen!
Afb. 6 Bedieningspaneel op
stoel