254 Rijden en parkeren
Aanhangwagens met een 7-polige stekker kun‐
nen via de volgende adapters op de auto worden
aangesloten:
Adapterstekker
R
Adapterkabel
R
De aanhangwagen wordt alleen door de auto
herkend indien aan de volgende voorwaarden
wordt voldaan:
De aanhangwagen is correct aangesloten.
R
Het verlichtingssysteem van de aanhangwa‐
R
gen is intact.
De werking van de volgende systemen is afhan‐
kelijk van een correct aangesloten aanhangwa‐
gen:
Actieve spoorassistent
R
®
ESP
R
PARKTRONIC-parkeerassistent
R
Actieve parkeerassistent
R
Dodehoek- of actieve dodehoekassistent
R
Aanhangwagen aankoppelen
* AANWIJZING Beschadiging van de accu
door volledige ontlading
Door het opladen van de aanhangwagenaccu
via de spanningsvoorziening van de aanhang‐
wagen kan de accu worden beschadigd.
De spanningsvoorziening niet gebruiken
#
voor het opladen van de aanhangwa‐
genaccu.
De afdekkap van de kogelkop verwijderen en
#
veilig opbergen (
pagina 120).
→
De aanhangwagen horizontaal achter de auto
#
zetten en aankoppelen.
De klep van de contactdoos openen.
#
De stekker met nok
1
in groef
#
contactdoos aanbrengen.
De bajonetverbinding
2
tot de aanslag
#
rechtsom draaien.
Het deksel laten vergrendelen.
#
De kabel met kabelbinders aan de aanhang‐
#
wagen bevestigen (alleen bij adapterkabels).
Controleren of de kabel bij het rijden door
#
bochten vrij kan bewegen.
De combischakelaar omhoog of omlaag druk‐
#
ken en controleren of het betreffende knip‐
perlicht van de aanhangwagen knippert.
3
van de