den raken. Bovendien kunnen bekerhouders,
geopende opbergvakken en mobiele-tele‐
foonhouders bij een ongeval de daarin aan‐
wezige voorwerpen niet altijd tegenhouden.
Er bestaat gevaar voor letsel, in het bijzonder
bij remmanoeuvres of plotselinge richtings‐
wijzigingen!
Voorwerpen altijd zodanig opbergen,
#
dat ze in deze of vergelijkbare situaties
niet kunnen rondvliegen.
Altijd waarborgen dat voorwerpen niet
#
uit opbergvakken, ladingnetten of baga‐
genetten steken.
De afsluitbare opbergvakken voor aan‐
#
vang van de rit sluiten.
Zware, harde, scherpe, breekbare of te
#
grote voorwerpen altijd in de bagage‐
ruimte opbergen en beveiligen.
& WAARSCHUWING Gevaar voor brand‐
wonden door uitlaateindpijpen en uitlaat‐
sierstukken
Uitlaateindpijpen en uitlaatsierstukken kun‐
nen zeer heet zijn. Als deze onderdelen van
de auto worden aangeraakt, kunt u zich bran‐
den.
In de omgeving van de uitlaateindpijpen
#
en uitlaatsierstukken altijd bijzonder
voorzichtig zijn en in deze omgeving in
het bijzonder kinderen in de gaten hou‐
den.
Onderdelen van de auto laten afkoelen
#
alvorens ze aan te raken.
Het rijgedrag van de auto is afhankelijk van de
verdeling van de bagage. Daarom bij het beladen
de volgende aanwijzingen in acht nemen:
Met de bagage inclusief personen niet het
R
toegestaan totaalgewicht en de toegestane
asbelastingen van de auto overschrijden.
Niet tot boven de bovenzijde van de rugleu‐
R
ningen beladen.
Stoelen en opbergen 121
Indien mogelijk de bagage altijd achter de
R
niet-bezette stoelen plaatsen.
De lading aan de sjorogen beveiligen en deze
R
gelijkmatig belasten.
Opbergvakken in het interieur
Overzicht van de voorste opbergvakken
1
Opbergvakken in de portieren
2
Opberg-/telefoonvak in de armsteun met
multimedia-aansluitingen en opbergvak, bij‐
voorbeeld voor een mp3-speler