ATTENTIE
Pas uw snelheid steeds aan de omstandig-
heden van het weer, de weg, het terrein en
het verkeer aan indien het roetfilter zich in
fase van regeneratie bevindt. Ondanks de
rijaanbevelingen dient u altijd de verkeers-
voorschriften van het land in kwestie in
acht te nemen.
VOORZICHTIG
Door de hoge temperaturen waartoe de
●
regeneratie van het roetfilter aanleiding
geeft, kan na het stilzetten van de motor de
koelluchtventilator in werking treden, zelfs
als de bedrijfstemperatuur van de motor
nog niet bereikt is.
Tijdens de regeneratie kunnen geluiden,
●
geuren en hoge stationaire toerentallen
optreden.
Om de levensduur van het roetfilter niet
●
te verkorten, moet u steeds geschikte mo-
torolie en de juiste brandstof gebruiken.
Vermijd ook constante korte trajecten.
Motorruimte
Werken in de motorruimte
Bij werkzaamheden in de motorruimte, bijv.
het controleren en het bijvullen van vloei-
stoffen, kunnen verwondingen, verbrandin-
338
Advies en actie
gen, gevaar voor ongelukken en voor brand
ontstaan.
Daarom beslist de volgende aanwijzingen en
de algemeen geldende veiligheidsvoor-
schriften opvolgen.
De motorruimte van de wagen is een gevaar-
›››
lijk gebied
.
ATTENTIE
Wanneer er werkzaamheden in de motor-
ruimte plaatsvinden, kan dit leiden tot let-
sels, brandwonden, ongevallen en zelfs
brand.
Zet de motor uit, haal de sleutel uit het
●
contact en schakel de elektronische par-
keerrem in. Als de wagen een schakelbak
heeft, zet de versnellingshendel dan in de
vrijstand; heeft de wagen een automati-
sche transmissie, plaats de keuzehendel
dan in de stand P. Laat de motor afkoelen.
De motorkap nooit openen indien stoom
●
uit de motorruimte komt of koelvloeistof
drupt. Wachten tot er geen damp of koel-
vloeistof meer tevoorschijn komt.
Houd kinderen ver van het motorcom-
●
partiment.
Mors nooit vloeistoffen die gebruikt wor-
●
den voor de werking van de wagen op de
motorruimte, want deze vloeistoffen kun-
nen vlam vatten (bijv. de antivries die de
koelvloeistof bevat).
Kortsluiting voorkomen in de elektrische
●
installatie, vooral op de starthulpaansluitin-
›››
gen
pag.
49. De accu kan exploderen!
Als u werkzaamheden uitvoert in het mo-
●
torcompartiment, houd er dan rekening
mee dat de koelluchtventilator ook bij uit-
geschakeld contact plotseling in werking
kan treden – gevaar voor verwondingen.
Bedek de motor nooit met extra isolatie-
●
materialen zoals een deken. Brandgevaar!
Nooit de vuldop van het koelvloeistofre-
●
servoir openen zolang de motor warm is.
Het koelsysteem staat onder druk!
Vuldop bij het openen met een grote lap
●
afdekken om gezicht, handen en armen te-
gen hete damp of hete koelvloeistof te be-
schermen.
Geen voorwerpen, zoals poetslappen of
●
gereedschap, in de motorruimte achterla-
ten.
Als u zich genoodzaakt ziet om onder de
●
wagen werkzaamheden uit te voeren, zet
hem dan met stroppen en bokken vast zo-
dat hij niet kan bewegen. De hydraulische
krik alleen is niet voldoende om de wagen
vast te zetten en u loopt kans zich te ver-
wonden.
Als er werkzaamheden aan de motor
●
moeten worden uitgevoerd, terwijl er wordt
gestart of terwijl de motor draait, bestaat er
levensbedreigend gevaar door draaiende
delen (zoals de geribde riem, de dynamo en
de koelluchtventilator) en door de