Banden verwisselen
Bij wagens met vierwielaandrijving mogen al-
leen wielen met dezelfde maat worden ge-
bruikt. Vermijd ook banden met verschillen-
›››
de profieldiepte
pag.
Terreinwagen?
Uw CUPRA is geen terreinwagen, de bodem-
vrijheid is daarvoor te gering. Daarom onge-
plaveide wegen mijden.
ATTENTIE
Ook bij wagens met vierwielaandrijving
●
uw rijstijl steeds aan de toestand van de rij-
weg en aan de verkeerssituatie aanpassen.
De geboden hogere veiligheid mag geen
aanleiding zijn tot het nemen van grotere
risico's. Gevaar voor ongevallen!
Het remvermogen van uw wagen wordt
●
door de grip van de banden bepaald. Het is
daarom niet anders dan bij een 2-wielaan-
gedreven wagen. Daarom dient men, on-
danks een goede acceleratie op zelfs een
glad wegdek, niet met te hoge snelheden te
rijden. Gevaar voor ongevallen!
Let er bij een natte rijbaan op dat bij een
●
te hoge snelheid de voorwielen kunnen
gaan "glijden" (aquaplaning). Daarbij wordt,
anders dan bij wagens met voorwielaandrij-
ving, niet aangegeven dat de wielen begin-
nen te glijden doordat de motor plotseling
in een hoger toerentalgebied komt. Om de-
ze reden en ondanks het voorafgaande,
260
dient u de snelheid aan de wegomstandig-
heden aan te passen. Gevaar voor ongeval-
len!
353.
Zuinig en milieubewust rijden
Het brandstofverbruik, de verontreiniging en
de slijtage van de motor, remmen en banden
hangen van uw rijgedrag af. Met een efficiën-
te rijstijl kan uw verbruik 10-15% dalen. In dit
hoofdstuk staan enkele tips om het milieu en
tegelijkertijd uw portemonnee te ontlasten.
Anticiperend rijden
Als u anticiperend rijdt, hoeft u minder te
remmen en dientengevolge ook minder te
accelereren. Maak wanneer mogelijk gebruik
van de inertie van de wagen met een inge-
schakelde versnelling. Doordat u op de mo-
tor afremt, ontziet u de remmen en de ban-
den. Bovendien worden er geen uitlaatgas-
sen geproduceerd en wordt er geen brand-
stof verbruikt.
Energiebesparend schakelen
Een effectieve manier om brandstof te be-
sparen is om tijdig op te schakelen. Wie zo
lang mogelijk in dezelfde versnelling rijdt, ge-
bruikt onnodig veel brandstof.
Gaspedaal langzaam intrappen en de
●
"kickdown" vermijden.
Rijden
Volgas vermijden
De topsnelheid van uw wagen moet u bij
voorkeur nooit helemaal halen. Het brand-
stofverbruik, de uitstoot van schadelijke gas-
sen en het lawaai nemen sterk toe met de
verhoging van de snelheid. Verlagen rijden
bespaart brandstof.
Stationair draaien beperken
Bij wagens met start-stopsysteem wordt sta-
tionair draaien automatisch beperkt. Bij wa-
gens zonder start-stopsysteem loont het de
moeite om de motor uit te zetten, bijv. voor
spoorwegovergangen en verkeerslichten die
lang dicht resp. rood blijven. Zodra een mo-
tor op bedrijfstemperatuur is, bespaart u, af-
hankelijk van de cilinderinhoud van de mo-
tor, al vanaf zo'n 5 seconden meer brandstof
dan vereist is om de motor weer te starten.
Tijdens het stationair draaien duurt het heel
lang voordat de motor op bedrijfstempera-
tuur is. Tijdens het warmdraaien zijn de slijta-
ge en de uitstoot van schadelijke stoffen bij-
zonder hoog. Daarom na het starten direct
wegrijden. Hoge toerentallen vermijden.
Regelmatig onderhoud
De onderhoudswerkzaamheden die regel-
matig moeten worden uitgevoerd, zijn es-
sentieel voor brandstofbesparing tijdens het
rijden. Regelmatig onderhoud van uw wagen
heeft niet alleen een positieve invloed op de