Duw de keuzehendel naar voren
●
achteren
om op of terug te schakelen
–
›››
afb.
201.
Om de Tiptronic-stand te verlaten, brengt
●
u de hendel naar links.
Bediening van Tiptronic met peddels op
het stuur
De peddels kunnen worden gebruikt als de
keuzehendel in de stand D/S of M staat (Tip-
tronic).
Druk op de peddel
●
+
›››
afb.
202.
Druk op de peddel
●
–
len.
Om de Tiptronic-stand te verlaten, trekt u
●
de peddel gedurende ongeveer 1 seconde
naar het stuur of beweegt u de hendel naar
links.
Indien de peddels enige tijd niet worden be-
diend en de hendel zich niet in de Tiptronic-
schakelweg bevindt, wordt de Tiptronic-
stand automatisch verlaten.
VOORZICHTIG
Indien bij het accelereren geen hogere
●
versnelling wordt geselecteerd, wordt auto-
matisch geschakeld even voordat het maxi-
maal toegestane toerental is bereikt.
Wordt een lagere versnelling gekozen,
●
dan zal het systeem niet schakelen tot
250
of naar
+
wordt vastgesteld dat de motor het maxi-
male toerental niet zal bereiken.
Rijden met automatische versnel-
lingsbak
De vooruitversnellingen worden automatisch
op- en teruggeschakeld.
De motor kan uitsluitend starten als de hen-
del in de stand P of N staat. Bij lage tempera-
turen (onder -10 °C) kan de motor uitsluitend
om op te schakelen
worden gestart als de hendel in de stand P
staat.
om terug te schake-
Hellingen afrijden
In bepaalde omstandigheden kan het voor-
delig zijn om de Tiptronic-stand te gebruiken
om de verhouding handmatig te selecteren
volgens de rijomstandigheden
Stoppen/parkeren
Bij het parkeren op vlak terrein is het vol-
doende om de hendel in stand P te schake-
len. Op hellingen moet eerst de parkeerrem
worden ingeschakeld en vervolgens de hen-
del in stand P worden gezet. Zo is het een-
voudiger om de hendel uit stand P te halen
bij het starten.
Als het portier aan bestuurderszijde wordt
geopend en de hendel staat niet in de stand
Rijden
P, kan de wagen wegrollen. De volgende
waarschuwing verschijnt op het display van
het instrumentenpaneel: Versnelling:
keuzehendel in rijstand!
hoort u een zoemer.
Bergaf stoppen
Trap altijd het rempedaal flink in om te voor-
komen dat de wagen wegrolt; schakel indien
nodig de elektronische parkeerrem in
Accelereer niet in een rijstand om te voorko-
men dat de wagen naar beneden rolt,
Bergop wegrijden met Auto Hold-functie
●
van het rempedaal en geeft u voorzichtig
gas.
Bergop wegrijden zonder Auto Hold-func-
tie
›››
.
●
parkeerrem.
●
seerd gas en drukt u op de knop van de elek-
tronische parkeerrem.
Noodprogramma
Als in het display in het instrumentenpaneel
alle standen van de hendel tegen een lichte
achtergrond worden weergegeven, dan is er
een storing opgetreden in het systeem en
werkt de automatische transmissie in het
. Bovendien
Bij ingeschakelde rijstand haalt u uw voet
Trek aan de knop van de elektronische
Bij ingeschakelde rijstand geeft u gedo-
›››
.
›››
.